Kom meteen terug naar huis!
Appje van een vriend na mijn berichtje dat we net een flinke aardbeving achter de rug hadden.
Nog beduusd van de schrik zaten we elkaar aan te kijken. Tja, wat nu? Ik zat ondertussen op Twitter te zoeken naar ‘Terremoto Liguria’, ervan uitgaande dat de lokale bevolking er als eerste bij zou zijn om die aardbeving te melden. En inderdaad, ik zag meteen de verontrustende plaatjes met schokgolven op de landkaart, eng dicht bij ons in de buurt.
Dat we niet wisten wat te doen kwam doordat we natuurlijk wel hadden gehoord dat er vaak voor- en naschokken zijn. Maar voordat we goed en wel tot zinnen kwamen, nadat de boel zo aan het schudden was geweest, was het te laat om nog in de deuropening te gaan staan.
Op zo’n moment je auto uit de parkeergarage halen of even naar de receptie beneden gaan om te informeren hoe of wat leek ons geen goed idee – wie weet begon het weer.
Sowieso niet met de lift naar beneden, maar het trappenhuis? Hoe sterk is dat? We moeten altijd zo nodig die kamer met balkon helemaal bovenin het hotel, want dan hebben we lekker veel zeezicht. Nadat de eerste schrik een beetje gezakt was en het schudden niet opnieuw was begonnen, gingen we toch maar even naar beneden. Daar deed de eigenaar van het hotel heel luchtig: ‘O! Dat is hier heel vaak. Dit is een aardbevingsgebied, stelt niets voor, geen enkele reden tot paniek.’ Heel vaak? We komen daar al vijfentwintig jaar, nooit gehoord, nooit gemerkt.
Die middag op ons vaste terras: ‘Aardbeving? Niks gemerkt, misschien zat ik toen net even in de auto of zo.’
Blijkbaar was het dan toch niet zo eng als die keer in Verona. Daar werd ik ’s nachts wakker van een rommelend geluid en meteen dacht ik: o ja, logisch, de metro. Ik wilde weer verder slapen tot het ineens tot me doordrong dat er helemaal geen metro is in Verona. Dat rommelende geluid was dus een aardbeving. En niet zo’n kleintje ook, bleek toen ik Twitter raadpleegde. Het woord ‘terremoto’ heb ik die nacht geleerd via Google Translate. Die zogenaamde metro was dus die vreselijke ellende waarbij gigantisch veel van die enorme joekels van Parmezaanse kaas kapotvielen. De zwaarst getroffen plaats was toen Amatrice. Sindsdien gaat er bij veel restaurants nog steeds een deel van de opbrengst van een bord spaghetti all’amatriciana naar dat stadje. Heerlijk dat recept, ik kende het tot dan niet, maar sindsdien heb ik flink gesponsord.
Trouwens,
Italiaans is niet de enige taal waarin ik het woord aardbeving ken. We waren een keer op het leuke Griekse eilandje Kythnos. Ik liep net lekker op een pleintje rond en filmde de prachtige kroonluchter die in een café hing, toen dat ding ineens als een gek begon te zwiepen. Ikzelf voelde trouwens ook gewiebel, alsof ik ietsje te veel ouzo had gedronken, zeg maar. Ik hoorde een oud vrouwtje ‘Sismos, sismos’ roepen.
Die avond in ons hotel zeiden ze dat dit echt heel bijzonder was, want er waren daar nog nooit aardbevingen geweest. Ik: ‘Hoezo staat dat woord dan helemaal bovenaan in mijn “Wat en Hoe in het Grieks”-boekje? Hier, kijk maar!’
Pas later begreep ik (nogal suf) dat dat natuurlijk kwam omdat ‘aardbeving’ met een dubbele A begint.
Niet lachen.
Al met al, hoe hard ik ook geschrokken ben, ik zou zo weer teruggaan naar Kythnos. Absoluut de moeite waard. En die plek in Liguria? Eind september gaan we er gewoon voor de zoveelste keer weer naartoe.
Ik wens je een mooie, rustige week. Misschien met een lekker bord spaghetti. PS. Met het filmpje erbij kom je er wel uit, hè?
Liefs, Franska.