Ja, ook dat. Witte sokken in sandalen. Ze golden jaren aan een stuk als de ergste modezonde aller modezondes en waren exemplarisch voor het burgermannetje. Totdat ze plotsklaps, zomaar van de ene op de andere dag, hipper dan hip werden omdat Gucci en Hillfiger dat zeiden.
Ik heb het nooit gevat, dat begrip ‘burgerlijk’. Wie ’s avonds rond de klok van zes aan de piepers zit, wordt burgerlijk gevonden. Terwijl op tijd eten eigenlijk alleen maar voordelen heeft: je propt jezelf om vijf uur, als je honger krijgt, tenminste niet vol met borrelhappen, voordat je gaat slapen is het eten verteerd en je hebt de hele avond aan jezelf.
Grappig genoeg vindt de een het burgerlijk om vroeg aan tafel te gaan, terwijl de ander Ikeakasten al burgerlijk vindt. Of uithaalt naar burgerlijke bakfietsmoeders met Uggs aan hun voeten of prosecco drinkende blondjes op het terras. Vroeger noemde de adel de stadspatriciër burgerlijk, de patriciër noemde de gegoede ‘burgerij’ burgerlijk, de burgerij gaf af op de kruidenier en ga zo maar door. Dus wat is het? Als ik jou burgerlijk noem, voel ik me boven jou verheven en dat geeft mij een goed gevoel. Want burgerlijkheid staat voor het middelmatige en ik wil niet middelmatig zijn. En dat is precies waarom jongeren zich er het meest tegen verzetten. Jongeren vinden dat er meer uit het leven gehaald moet worden dan op te gaan in de grijze massa en blijven steken in middelmatigheid.
Totdat ze ouder en wijzer zijn en niet langer kunnen ontkennen dat drie kinderen nu eenmaal makkelijker in een bakfiets passen dan achter op je eigen fiets, dat die lompe Uggs je voeten heerlijk warm houden en dat allemaal samen aan tafel, ook als dat om zes uur is, toch makkelijk is dan elke avond twee keer koken. Als het meezit breekt daarna de dag aan dat ze lak hebben aan wat een ander over hun zegt en lekker doen waar ze zelf blij van worden.
Als dat geen goed voornemen is!