‘Ik heb niet veel vrienden en voel me vaak alleen’
 

Patricia (59) woont vlakbij de Veluwe met haar man Bart (63). Kinderen hebben ze niet; beiden hadden ze nooit een kinderwens en vonden ze hun carrière belangrijker.

 

 

 

Vijf jaar geleden zeiden ze de grote stad vaarwel en kochten een huis op het platteland. Ze keken er zo naar uit, maar nu ze er eenmaal zitten voelt Patricia zich erg alleen.
 

 

‘Ik was altijd echt een carrièretijger. Op de middelbare school altijd een streber. De zesjescultuur was mij volledig onbekend: pas vanaf een 8 was ik tevreden. En dat perfectionistische is er altijd geweest. Toen ik ging studeren wilde ik niet alleen mijn diploma halen, maar ik wilde cum laude slagen. De beste van de klas zijn. Een herkansing? Geen optie.

 

 
Na mijn studie kreeg ik al snel een baan bij een multinational in Amsterdam. Vanaf dat moment heb ik eigenlijk nooit stilgezeten. In deze periode leerde ik Bart kennen; hij werkte in dezelfde branche en had dezelfde werkethiek. Daardoor begrepen we elkaar goed en kregen we eigenlijk nauwelijks ruzies als een van ons moest overwerken.
 

 

Allebei hielden we zielsveel van ons werk en het maakte ons dan ook erg gelukkig. We konden goed sparren over werkgerelateerde zaken, verdienden bakken met geld en gingen dan ook — wanneer we tijd hadden — op luxe vakanties.
 

 

Natuurlijk hebben we het weleens over kinderen gehad, maar allebei hadden we geen sterke kinderwens. Omdat we vonden dat een kind 100% gewenst moest zijn, hebben we besloten er niet aan te beginnen. Ons werk ging voor.
 

 

Wel fantaseerden we vaak over wanneer we klaar zouden zijn met werken. Met vervroegd pensioen gaan stond al een tijdje in de planning; we hadden het geld ervoor en het leek ons heerlijk, weg uit de stad, op een grote boerderij in de natuur. Dat die fantasie veel leuker was dan de werkelijkheid, daar kom ik nu pijnlijk achter.
 

 

Want ik vind het hier niet leuk. Dat we geen kind hebben gekregen is een bewuste keuze, maar ik had dat nu zó graag gehad. Ik mis sociaal contact. Omdat ons werk altijd op nummer één stond heb ik niet echt veel vrienden. Een beste vriend of vriendin heb ik nooit gehad. Natuurlijk hebben Bart en ik wel kennissen, maar dat zijn eigenlijk allemaal ex-collega’s die nog in Amsterdam wonen.
 

 

Ik voel me hier zo eenzaam. Bart heeft daar minder last van, die leest veel, fietst veel en voelt zich als een vis in het water hier. Een soort bekroning op zijn harde werken. Dit is echt zijn droomhuis. Ik vind het daarom ook zo moeilijk om tegen hem te zeggen dat ik het liefst gisteren nog mijn spullen had gepakt om terug te gaan naar Amsterdam. Dit plattelandsleven is niks voor mij.
 

 

Dus ben ik me op internet maar gaan aanmelden op verschillende sites met mensen die in hetzelfde schuitje als ik zitten. Dat is nu een jaar geleden en helaas vind ik daar ook niet echt iemand waarmee ik een echte klik heb. Veel van de vrouwen daar zijn moeders die zich nu eenzaam voelen en het zorgen voor hun kind missen. Die gevoelens ken ik niet en kan ik ook niet delen met ze. Andersom hebben zij geen ervaring met mijn gevoelens.
 

 

Echt aansluiting heb ik dus niet met iemand behalve Bart. En ik denk steeds vaker: had ik het maar anders gedaan, dat werk niet mijn alles was. Ik heb echt flink onderschat hoe belangrijk het is om mensen om je heen te hebben die van je houden, naast je partner. En nu ben ik bijna zestig en weet ik niet eens wie ik kan uitnodigen op mijn verjaardag. Het zal wel alleen Bart en ik zijn.’

 

Door: Patricia