Hij kan het echt niet meer horen 

En ik begrijp wel hoe dat zo gekomen is…

 

 

 

 

Je denkt allemaal weleens: ik kan het niet meer horen. Bijvoorbeeld bij het journaal. Wéér oorlog, wéér honger, wéér de formatie, wéér geweld. Of als ik hoor dat er opnieuw een man, vrouw, kind of dier is omgebracht door een verward iemand die eigenlijk op dat moment in een instelling had moeten zitten. Zo’n dader had geholpen moeten worden, denk ik dan. Ook als hij (of zij natuurlijk, maar vaak zijn het mannen) heeft aangegeven dat hij niet geholpen wilde worden. Zo iemand moet tegen zichzelf beschermd worden.

 

Er moet dan goed voor je gezorgd worden, met veel aandacht, goed eten, lekker sporten, een fijne kamer, stapels boeken, feestjes, alles… maar wel voor altijd binnen de hekken van een instelling. En volgens mij is dat helemaal niet zo duur, want je bespaart op het leed en de kosten die ontstaan bij het volgende slachtoffer, plus op rechercheurs, rechters, advocaten, gevangenisbewakers, en weet ik veel wie er daarna nog meer opnieuw aan de bak moet.

 

Nou, ja, dat zit ik dus allemaal bij het journaal te mijmeren, terwijl er niemand iets aan de gruwelijkheden doet. Ja, de nieuwslezer. Die leest het netjes voor, elke avond opnieuw. Maar verder lukt het blijkbaar niemand om alle ellende in de wereld te stoppen. Kinderen gaan dood door honger of oorlog, en ik krijg het elke avond opnieuw opgediend en kan alleen maar aan ze denken. Maar het helpt geen moer. En daardoor denk ik steeds vaker: Ik kan het niet meer hóren.

 

O, ja… zo kwam ik er op! Ik was weer eens afgedwaald.

 

Hij kan het óók niet meer horen. En dan bedoel ik niet het nieuws, maar zijn vrouw. Die hoort hij blijkbaar ook niet zo goed meer.

 

En die vrouw… dat ben ik dus!

 

En wacht nou even met je reactie hier meteen weer onder te kwakken dat je hem wel begrijpt, want het gaat er niet om dat hij mij niet meer kan horen omdat ik zeur, of elke dag hetzelfde vertel, maar hij kan me niet meer horen omdat hij te vaak met oordoppen in (of op) heeft gelopen.

 

Als je ’s morgens voor je werk al begint met je koptelefoon opzetten, en die dan ophoudt tot een uur of zeven ’s avonds, dan gaat eten, en dan je andere oordoppen weer in doet, omdat je op je laptop naar films wil kijken waar mensen aan flarden geschoten worden, en je vrouw het verdomt om met je mee te kijken…

 

Of, omdat je naar keiharde muziek wilt luisteren, terwijl je vrouw ’s avond graag wat rust om haar heen wil hebben voor het slapengaan, dan…

 

Eehhh… ja, dan… ehhhh… als je het zó bekijkt is het wel mijn schuld dat hij nu niks meer hoort.

 

Want die oordoppen in de avonduren komen inderdaad door mij. Maar de hele dag voor je werk met doppen op je oren, en alles full spirit binnen laten komen, is volgens mij ook niet goed. Ik denk dus dat zijn gehoororgaan nu wat overprikkeld is. Het kan niet meer zo goed schiften.

 

En als we nu in de tuin zitten en ik vraag of hij koffie wil, dan hoort hij me gewoon niet meer, omdat er ook een vogeltje fluit of een auto voorbijkomt. Ik moet hem, denk ik, eerst gaan bellen. Dan zet hij automatisch zijn koptelefoon op, en dan kan ik via de telefoon vragen of hij koffie wil.

 

Da’s toch erg?

 

Of zouden we gewoon oud worden?

 

Nou ja… dan hoop ik dat ik als bejaarde nog lang blijf snappen hoe mijn telefoon werkt (kan ik mijn man bellen of hij koffie wil), maar de radio en de TV kunnen wel weg dan.

 

Want ook ik kan al die journaalberichten niet meer (aan)horen.

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke