“Het is morgen een jaar geleden dat Flo uit huis ging”

 

Als ik op vrijdagmiddag weer lees dat Flo in een bui van missen een puzzel op de grond heeft gesmeten, stuur ik een videobericht.

 

 

 

Het is midden in de nacht, maar ik voel dat hij ook wakker is, dus ik begin te praten. “Het is morgen een jaar geleden dat Flo uit huis ging.” Hij draait zich naar me om en blaast iets uit dat tussen een diepe adem en een zucht in hangt. “Ik dacht al zoiets…” Ik wil weten waarom, want mijn lief is niet zo bezig met jaarlijks terugkerende data (ik trouwens ook niet). Hij benoemt dat hij half september niet zal vergeten. Het nieuwe schooljaar en zijn tv-seizoen waren net begonnen toen een geslepen hamer ineens de vijfde pijler van ons gezin wegkliefde. Weer die zucht, nu door ons allebei uitgeademd.

 

Mijn hand beweegt naar zijn warme bovenbeen. “Ik las in de verslaglegging van het zorgsysteem dat ze ons mist.” Ik zie zijn silhouet knikken. Zondag bezoeken we haar.

 

“Waarom gaan we zaterdag niet met twee auto’s naar de hockeywedstrijd van Bel en rijdt een van ons door naar Flo?” Ik had het al een beetje bedacht, maar durfde het niet te opperen. Zondagochtend heb ik een zangworkshop bij Trijntje Oosterhuis (ik twijfelde tussen therapie en zangles en het laatste won), dus dan zou ik me even niet met Flo kunnen bezighouden. Maar dat doet mijn lief met liefde. “En dan halen we jou op bij Trijntje en rijden we met z’n allen door naar het huis van Flo.”

 

Ik bedenk voor de miljoenste keer hoeveel ik van hem houd en val weer in slaap.

 

Als ik op vrijdagmiddag weer lees dat Flo in een bui van missen een puzzel op de grond heeft gesmeten, stuur ik een videobericht. Dat ik haar zaterdag op kom halen en of ze dan meteen wel een paar knuffels mee naar huis kan nemen, want de berg in haar kamer neemt Mount Everest-achtige vormen aan. Vijf minuten later ontvang ik een foto. Van Flo. Tussen haar knuffels, met een keurig doosje dat wordt gevuld met knuffels die best even weer op zolder in Haarlem kunnen wonen.

 

En een voicebericht dat ze zich verheugt.

 

Nou, wij ook, Flo. Wij ook.

 

Door: May-Britt Mobach

Afbeelding van May-Britt Mobach