Heerlijk besteld

 

Het kerstdiner: beter goed besteld dan slecht gecheft.

 

Hoef jij met kerst alleen maar aan te schuiven en te genieten van wat anderen op tafel zetten? Dan kun je dit stukje verder overslaan. Maar ben jij Chef Kerstdiner van de familie, of aangewezen als de vrijwilliger die het hoofdgerecht verzorgt voor de hele vriendenbups, en ben je niet gezegend met het culinair talent van pak ‘m beet Jamie Oliver, dan heb ik hier een paar tips voor je.

 

Om het gelijk maar in de groep te gooien: bestel!

 

Waarom? Omdat het kan! En niet kan mislukken. En het je een hoop tijd en kopzorgen scheelt en complimenten en blije gezichten oplevert.

 

Ik ben echt geen afhaaljunk. Ik kook bijna altijd zelf, met verse groentes en zo. Maar ik ga ook weer niet zo ver dat ik m’n eigen pastadeeg draai, want daar heb ik de tijd niet voor en dat kan mijnheer Honig beter. En m’n brood haal ik bij de bakker omdat die van brood bakken z’n werk gemaakt heeft en ik niet. Voor het avondeten grijp ik vaak genoeg terug op recepten uit blaadjes of kookboeken, maar het resultaat is meestal toch net iets minder gelikt dan op de foto in de Allerhande. Dus ik zat eens even ‘om te denken’. Juist met kerst wil je mensen iets extra lekkers en ‘gelukts’ voorschotelen, toch? Dus waarom dat niet overlaten aan de professional die er voor doorgeleerd heeft?

 

Bestel dus iets vers en ambachtelijks kant-en-klaars.

 

Maar, tip 2: vertel dit aan niemand! Geloof me, je gasten willen niet weten dat je niet zelf gekookt hebt. Dus niet onder het oog van de familie de plastic folietjes van bakjes afpeuteren, maar alles op je eigen schalen en servies presenteren. Echt waar, het komt de sfeer en smaakbeleving ten goede als iedereen denkt dat je zelf hebt staan snijden en marineren.

 

Komen we gelijk bij tip 3: kies voor ‘geloofwaardige’ gerechten. Boeuf Bourguignon vindt iedereen lekker, of een visstoofpotje bijvoorbeeld, dat roept weinig vragen op. Als er, om met Koot&Bie te spreken, opeens een ‘hele gevulde hertenreet’ op je aanrecht staat, dan gaan er wel wat wenkbrauwen omhoog.

 

Tip 4, voor als je in een dorp woont: kies voor de zekerheid een traiteur/slager/viswinkel/poelier een paar dorpen verderop. Stel dat je schoonouders nog even een flesje van iets gaan halen bij de traiteur op de hoek en die gezellige winkelmevrouw vraagt ‘Is het voor bij de boeuf bourguignon vanavond?’ Dat wil je niet. En als iederéén een paar dorpen opschuift met z’n bestelling, is er geen sprake van broodroof van de lokale ondernemers en doe je die gezellige winkelmevrouw dus ook niet tekort.

 

 

Tot slot, voor als het kerstdiner op tafel staat, tip 5:

 

Manoeuvreer jezelf niet in een ingewikkelde positie als je complimenten krijgt. Dus als iemand zegt ‘Hartstikke lekker! Moeilijk recept?’ of ‘Heerlijk hoor, lang mee bezig geweest?’ maak dan niet de fout om te zeggen ‘Ja, dat was nog best lastig’ of ‘Nee joh, supersimpel’. Je loopt dan namelijk het risico dat mensen naar het recept gaan vragen, met als gevolg dat je gelijk open kaart moet spelen en moet toegeven dat je het niet zelfgemaakt hebt. Of liegen, maar dat strookt niet echt met de kerstgedachte natuurlijk. En dat is dus ook helemaal niet nodig, als je er maar even op bedacht bent. Handig is om te reageren met een wedervraag, iets in de trant van ‘Ik ben blij dat jullie het lekker vinden, iemand nog een beetje?’

 

En dan kun je later, tijdens een spelletje truth or dare, altijd nog opbiechten dat het een (h)eerlijk afhaalmenu was.

 

 

Door: Madeleen Kooi-Driessen