Goedemorgen voor jou

 

Gisteren was ik met mijn meisje op pad. We hadden een kwartiertje over dus we besloten bij een, ons onbekende, supermarkt naar binnen te gaan. 

 

Twee zakken witte bolletjes in het mandje en vooruit, ze mocht ook Speculoos kopen. Op het brede middenpad stond een ingenieus bouwwerk van pakken wc-papier waar twee jongetjes zo hard langs liepen dat alles instortte en er veertien pakken pleepapier door de supermarkt donderden. Ze keken om en liepen verder, en misschien was het verstandiger geweest om het te negeren, maar ik werd boos alsof ik hun eigen moeder was. ‘En nou opruimen, die rommel.’ Ik geloof dat ik zelfs de belerende wijsvinger van stal haalde. Dat waren ze dus niet van plan. Waarom moesten ze dat doen? ‘Nou, omdat jullie ze net zelf hebben omgestoten en omdat het beleefd is.’ Dat woord kwam in hun vocabulaire niet voor, geloof ik. Ze gingen in verweer en wezen naar een mevrouw iets verderop in de zaak. Zij had het gedaan. Ik geloof dat ik mijn mouwen opstroopte en zei: ‘En nu héél gauw die stapel opruimen. Jullie hadden het al tien keer opgeruimd kunnen hebben. Zijn jullie helemaal gek geworden?’

 

Nou daar gingen ze. Ze zullen vast achter mijn rug allemaal minder vleiende dingen over me hebben gezegd, maar dat kon me even niet schelen. En toen mijn kleine meisje ook het zakje aardappels en het pak melk uit de rollator van de mevrouw achter ons in de rij op de band zette, hoopte ik dat de jongens even zouden kijken. Dat het zo ook kan en dat wie goed doet, goed ontmoet. Maar ik vrees dat hun ogen toen alweer op het snoeprek gericht waren.

 

Ik wens je een heerlijke dag,

May

 

Door: May-Britt Mobach

Afbeelding van May-Britt Mobach