Dit moet een verrassing blijven

 

Natuurlijk kun je van alles kant-en-klaar in potjes kopen. Maar zelfgemaakt jongens… (en meisjes), dat is toch gewoon zo leuk en uniek, waardoor het gewoon meteen al veel lekkerder smaakt. Of niet soms? En wil je het toch graag in een potje? Dan maak je gewoon lekker wat te veel en stop je het er zelf in. Heb je meteen een leuk cadeautje voor de mee-eters, die natuurlijk gaan vragen of ze het recept mogen.

 

Als je belooft dat je het voor 25 november aan niemand doorvertelt vertel ik je een geheimpje. En een geheim recept. Die dag komen namelijk vriendjes eten van heel héél vroeger. Heb ik ooit ontmoet in het voormalige Joegoslavië. En ze hebben me leren waterskiën. Ook al 80 jaar niet meer gedaan trouwens. We zagen elkaar jaar in jaar uit op de camping. En zij hadden een vader met een boot. Dus…

 

Onlangs spraken we af dat we een keer samen ouderwets gezellig Joegoslavisch gaan eten. Bij mij. Dat wordt dus cevapcici (geroosterde gehaktrolletjes, spreek je uit als tsjewaptsitsi) met daarbij grof gesneden ui, mosterd, ‘wild gesneden’ friet en ajvar. Echt zoals we het toen altijd kregen daar.

 

Ajvar?

 

Voor wie er nog nooit van gehoord heeft, dat is een verrukkelijk sausje van geroosterde aubergine en rode paprika. En dat ga ik dus zelf maken. Voor de 25ste november, als ze komen. En dat moeten ze nu nog even niet weten. Ik ga er dus voor het gemak maar even vanuit dat mannen dit niet lezen. En dat jij het niet doorvertelt. Moet wel een beetje een verrassing blijven natuurlijk. Ik kreeg het ajvar-recept van een vriendin.

 

 

Wil jij het ook maken?

 

Je hebt ervoor nodig:

  • 3 rode paprika’s
  • 1 aubergine
  • 1 ui (fijngesneden)
  • 1 teentje knoflook (door de knijper)
  • Lekkere olijfolie
  • 1 tl rode balsamicoazijn
  • En een goeie blender* (dat zei mijn vriendin er nog speciaal bij)

 

 

Zo maak je het:

Paar uur van tevoren leg je de paprika’s onder de grill tot ze zwartgeblakerd zijn. Daarna doe je ze in een afgesloten plastic zak en laat je ze een tijd afkoelen. Als je de zak opent, gaan de velletjes er heel makkelijk af. En dan haal je meteen ook de pitjes eruit.

 

 

De aubergine snijd je in de lengte doormidden en die leg je met het doorgesneden vlak naar boven op een braadslee. Je doet er wat olie op en legt ze ongeveer een kwartiertje onder de grill. Tot-ie begint te verkleuren en van binnen zacht wordt. Even goed in de gaten houden dus. Als-ie een beetje afgekoeld is, schep je het vruchtvlees heel makkelijk uit de schil.

 

De uien laat je in wat olie op heel laag vuur een minuut of 10 zachtjes sudderen tot ze zacht zijn. (niet bruin!) De laatste twee minuten doe je de knoflook erbij in de pan.

 

Daarna doe je alle ingrediënten in de blender.

 

Pas op. Moet niet te fijn worden. Natuurlijk bepaal je zelf wat je lekker vindt, maar denk aan een soort substantie als sambal.

Begin dus met blenderen op de laagste stand. Kijk wat het doet en schakel dan pas verder.

 

*Moet je wel een goeie blender hebben, zei m’n vriendin dus. Want zij heeft altijd de beste keukenspullen en maakt het dus met haar Braun JB 3060-blender. Die heeft vijf standen én een turbostand en is dit jaar ook nog eens als Beste Getest door de Consumentenbond.

 

Kortom. Die wil ik natuurlijk ook. Gelukkig komt Sinterklaas er nog aan. Gisteren op m’n verjaardag heb ik hem niet gezien namelijk ;-)

 

 

Door Franska

Fotografie portret: Esmée Franken. Visagie: Charlotte van Gulik, Haar: Isabella Greuter