Een idiote conversatie
In het kader van ‘wij maken nooit meer wat mee’, hier een futiliteit uit mijn dagelijks bestaan: een telefoongesprek dat nergens over gaat, maar mij in verwarring achterliet.
Telefoon. Ik neem op. (Dat is gek, want de telefoon opnemen kan al zeshonderd jaar niet meer, dat deed je vroeger, met een draaitoestel.) Maar iedereen zal begrijpen dat ik het gesprek aanga. Ik vertel de andere kant met wie ze van doen hebben. ‘Prietpraatpraatprietblablabla… mevrouw De Jong.’ Wat een onverstaanbaar geratel. ‘Ik begrijp, om te beginnen, al helemaal niets van wat u zegt, mevrouw De Jong!’ Andere Kant (AK): ‘Ik ben mevrouw De Jong niet, dat bent u!’ Ik: ‘Ik zal toch zelf wel weten dat ik niet mevrouw De Jong ben?’ AK: ‘Ik spreek toch met mevrouw De Jong van de huppelepupweg 2 in Mook?’ Ik: ‘Nee, die woont hier niet.’ AK: ‘Is er dan een MENEER De Jong?’ Ik, nog redelijk behulpzaam: ‘Vast wel, ergens in Nederland.’ AK: ‘U heeft een formulier ingevuld, dat u wilt overstappen.’ Ik: ‘Ik heb helemaal niks ingevuld en naar wat zou ik dan willen overstappen? Wie heb ik eigenlijk aan de lijn?’ AK: ‘Wij zijn X, energieleverancier.’ Aha, op die fiets. Ik: ‘Dat zal een ander ingevuld hebben.’ AK: ‘Nee! U! Want hier staat luid en duidelijk dat u, De Jong, wil overstappen, het moet niet gekker worden.’
Nu denk ik dat ik gek word. Ik vergeet weleens wat, geef ik grif toe, maar ik houd me al sinds mijn geboorte niet bezig met energieleveranciers. Dat deed mijn vader. En nu Man, en voor zover ik weet heet hij geen De Jong. Hij vergeet ook weleens wat, maar vast niet hoe hij heet. Of, het zal toch niet… leidt hij een dubbelleven? Dat hij eigenlijk De Jong heet en dat hij er, ergens in het geniep, een mevrouw De Jong op nahoudt. Voor erbij. En dat Man dat formulier toch heeft ingevuld. Dat mevrouw De Jong hier onder de grond leeft in een riante, geluiddichte kelder met haar tien kinderen De Jong en veel zonnebanken voor de vitamine D en dat vreet natuurlijk stroom. Dan ga je voor goedkoop. Ik heb te veel krimi’s gekeken het afgelopen jaar. AK vraagt of ik er nog ben. Ja hoor, ik wel, maar mevrouw De Jong echt niet. Nog een poging van mijn kant. Hier woont géén familie De Jong, ook in het verre verleden niet, wij kennen de twee voormalige eigenaren van ons huis. AK: ‘Wie heeft dat formulier dan ingevuld, ik heb het hier voor me op mijn scherm!’ Ik: ‘Lieve schat, voor de zoveelste keer: WIJ HEBBEN DAT NIET GEDAAN!’ AK wordt venijnig: ‘Ik ben uw lieve schat niet. U ontkent dus dat u dat formulier hebt ingevuld. HET STAAT HIER!’ Ik: ‘Daar kan ik toch niks aan doen?’ AK: ‘U gaat hier meer van horen!’ Ik: ‘Gaan we dreigen? Ga sodeju uw huiswerk doen en zoek eerst uit wie u echt moet hebben? Ik ga NU ophangen!’ En ik zeg nog wat, voor ik haar wegdruk en dat is niet netjes, het was allerminst de bedoeling dat ze het zou horen. Ik zei ‘eikelette!’ Nou ja, een heel klein beetje de bedoeling was het eigenlijk wel, als ik eerlijk ben. Wat een idiote conversatie. Raar, dat formulier. Eikelette heeft niet meer teruggebeld. Ik vermoed dat ze terecht is, onze mevrouw De Jong.