Een goed gesprek
‘Nee, was erg ingewikkeld. Dus mij niet meer bellen, want ik heb hem weggegooid. Ik koop wel een andere.’
‘En? Geslaagd?’
‘Jazeker! Drie paar schoenen!’
‘Drie paar? Is dat niet wat veel?’
‘Nee, want dit was de laatste kans!’
‘Laatste kans op wat? Op schoenen? Of op drie paar schoenen voor maar twee voeten?’
‘Nee, op… Ehhh… Op… Ja, weet ik eigenlijk niet. Ik zag in de etalage “laatste kans” en ben meteen naar binnen gerend.’
‘Kijk! En daarom las ik van de week dat de schoenenketens de omzet zien “oplopen”. Vond ik al een leuke kop, en nu weet ik dus ook nog hoe ze dat voor elkaar krijgen.’
‘Ja, nou ja. Sorry. Maar ik zag ze staan, en spatte meteen uit mijn nopjes van enthousiasme.’
‘Toch vind ik drie paar voor iemand die altijd prut gaat op less is more wat veel.’
‘Prat. En mijn “less is more” is alleen maar bedoeld voor jouw “tattoeasies.”’
‘O!? Gaan we katten? Terwijl ik, heel lief, jouw achterlijke uitspattingen op het gebied van je eeuwige schoenenfett.., footuhhh … schoenenfeessies weer eens door de vingers kijk, ga jij mij maar weer eens lopen afzeiken over mijn ta-toe-aa-sjes? Leuk, hoor. Maar niks nieuws onder de zoden.’
‘Zon.’
‘Wat?’
‘Het is: niks nieuws onder de zon.’
‘O? Je gaat het ook nog effe uit de hand laten escaleren? Onbeschrijfbaar ben jij, weet je dat? Altijd zeuren en zeiken. Maar als je zo doorgaat, dan gooi ik alsnog het bijltje in de ring, en dan zoek je het maar uit met je drie paar schoenen en je lelijke zeurkousen.’
‘Steunkousen draag ik. Geen zeurkousen.’
‘Maar je zeurt én je steunt. Dus je ken op je sokken aanvoelen dat het niks uitmaakt wat voor kousen je daarbij draagt. Maar ik besef me wel dat ik me er steeds meer aan ga irriteren.’
‘Het irriteert je!’
‘Inderdaad, ik irriteer me er heel erg aan!’
‘Nee, volgens mij is het zo dat iets je irriteert, of dat je je eraan ergert.’
‘Allebei, mag dat ook?’
‘Nee, nou goed. Laten we ophouden, want er is al genoeg ellende in de wereld.’
‘Zeker! En ik las net in de krant dat het toezicht op wapenbezitters nu ook al tekort “schiet”. Pffff. Dus het veiligheidsgevoel in Nederland zal wel weer verder omlaag dalen. En, ja,… ik weet dat omhoog dalen niet kan!’
‘Hahaha. Goed zo! Net als de prijzen niet meer snel naar beneden zullen stijgen, en daarom trapt iedereen steeds vaker in al die onzinreclames van “ben er snel bij” en “laatste kans”. Het was dom van me. Sorry.’
‘Bén er snel bij? Was dat een telefoonprovider?’
‘Nee, niet eens. Erg, hè? Een groot e-commercebedrijf hoorde ik dat van de week roeptoeteren op TV. Terwijl het volgens mij toch echt moet zijn ”wees” er snel bij.’
(fluisterend) ‘Maar in beide gevallen ren jij er wel meteen naartoe om te scoren.’
‘Tsja… soms moet je snel zijn.’
‘Beetje raar voor iemand die eigenlijk anti-lopen is.’
‘Antilopen? Hé, moeten wij niet weer eens naar Artis?’
‘Nee! Zonde van je nieuwe schoenen.’
‘Ik heb nog wel een paar ouwe skischoenen liggen waarmee ik door de blubber kan stampen in de dierentuin.’
‘En dan zeker ook weer nieuwe skischoenen kopen als we toch weer gaan skiën?’
‘Neeheee. Ik ga niet meer skiën. Dat weet je toch? Ik kan het niet goed.’
‘Maar als je kluppie van de bekkenvogels weer gaat, dan wil jij ook weer. Let maar op!’
‘Ik verzorg de backing vocals bij de band, Joop. Zucht.’
‘Nou, je hoeft niet zo te zuchten, hoor. Je kan ook een beetje heen en weer vibreren, en iedereen respecteren zoals die is.’
‘Je hebt gelijk! Heb jij die nieuwe deurbel met camera trouwens al geïnstellateerd? Dat zou je vandaag doen!’
‘Nee, was erg ingewikkeld. Dus mij niet meer bellen, want ik heb hem weggegooid. Ik koop wel een andere.’
‘Ehhhh… ik zeg niks.’