Dit weet ik driehonderd procent zeker

 

Soms twijfel ik wel eens ergens over, maar er zijn van die dingen die als een paal boven water staan.

 

 

 

Toen we (lang geleden) bezig waren met het kopen van ons huis, werden we aangesproken door onze aanstaande buren, die natuurlijk nieuwsgierig waren wie er kwamen wonen. Meteen een gezellig gesprek. Ik hoopte altijd op buren zoals mijn ouders die vroeger hadden. Ondanks het feit dat het makkelijk had gekund, liepen ze de deur bij elkaar niet plat. Tegelijkertijd waren ze wel zulke goede maten met m’n ouders dat een kort vraagje met het hoofd om de deur soms kon uitlopen op een gezellige avond tot diep in de kleine uurtjes. En ze pakten bijvoorbeeld ook rustig een paar biertjes uit het krat dat bij ons buiten stond als we er niet waren, en ze het niet konden vragen. Wetend dat dat wel oké was en vanzelf linksom of rechtsom altijd wel weer goed kwam.

 

In de auto terug (na het gesprek met onze aanstaande buren) zei ik tegen m’n man: ‘Dat worden net zulke buren als die vroeger naast m’n ouders woonden. Die durven straks ook gewoon even een paar biertjes bij ons te lenen.’ Dat kwam niet helemaal letterlijk uit.

 

Gelukkig bleken onze overburen juist wel in het ‘buren-van-vroeger-profiel’ te passen. Als we onverhoopt ergens vastzitten en niet naar huis kunnen… één appje of telefoontje en de katten zijn in goede handen. Als er iets aan de knikker is, weet ik waar ik m’n hart kan luchten. Tijdens de lockdown stond er zelfs een paar keer een heerlijk bord bbq-eten zomaar ineens voor de deur. Compleet met drankjes. Of zelfgemaakte verse friet. Moet ik voor oogonderzoek naar het ziekenhuis, wie rijdt me heen en weer en stelt me gerust in de wachtruimte? Je raadt het al. Of zoals vorige week: kwam er ineens een bos zonnebloemen aangelopen met de buurvrouw erachter verstopt, omdat ze wist dat er even zon in huis nodig was. En zo heb ik nog wel tig verhalen.

 

Hoe vaak ik niet van vriendinnen gehoord heb dat we zo ontzettend boffen met onze overburen. We lopen geen deuren bij elkaar plat, maar als er iets is, staan ze altijd voor ons klaar. Ik ga dus ook mooi nooit of te nimmer verhuizen. Dat weet ik wel driehonderd procent zeker. Laatst zei ik tegen de buurvrouw: ‘Als jullie verhuizen, dan verhuis ik mee.’ Gelukkig heeft ze meteen duidelijk gemaakt dat ze never-nooit-niet van plan zijn om te verhuizen. En ik dan dus ook niet. Dat staat als een paal boven water.

 

Lieve buren, heel hartelijk dank

 

Ik wens je van harte net zulke toffe buren als de onze. Al zal dat niet lukken, want die van ons zijn namelijk uniek.

 

Een fijne week. 

 

Liefs van Franska

 

 

 

Door: Franska

Afbeelding van Franska