Dit moet je nooit doen tegen bevroren autoruiten (en dit juist wel)
En? Hoelang heb je op je autoruiten staan krabben vanmorgen? Met deze tips rijd je morgen binnen de kortste keren ijsvrij weg.
Ken je dat: je bent al laat en als je bij je auto komt zijn je ruiten stijf bevroren. Had je kunnen weten natuurlijk, als Willemijn Hoebert de avond ervoor bij het Journaal al voorspelde dat het een heel koude nacht zou worden. Duh!
Om er nou met de Franse slag mee op pad te gaan is geen optie; het is heel gevaarlijk om met matig schoongemaakte autoruiten te rijden omdat je niks ziet en dus ongelukken kan veroorzaken. Bovendien: de boete voor rijden met slecht zicht kan oplopen 250 euro en als je je buitenspiegels ook niet hebt schoongekrabd kan daar nog 150 euro bij opgeteld worden. Zonde, want met een paar simpele handelingen rijd je zo weg met schone ruiten.
- Zet niet alvast de motor van je auto aan want een koude motor blaast koude lucht en daar heb je nu niks aan. Gebruik een ontdooispray en krab daarna het ijs weg met een ruitenkrabber. Die ontdooispray maak je heel makkelijk (en goedkoop) zelf door een derde water in een oude schoonmaakflacon te mengen met twee derde azijn.
- Kan je de ruitenkrabber nou net even niet vinden, dan werkt je Airmilespasje of iets dergelijks ook uitstekend.
- Zet de krabber wel goed schuin op je ruit, dat werkt het beste.
- Vergeet je achterruit en zijspiegels niet.
- Voor de volgende koude nacht: gebruik een stuk karton, vuilniszak of echte anti-ijsdeken om je voorruit af te dekken. Dat scheelt morgen weer krabben. Zet je ruitenwissers omhoog zodat ze niet aan de autoruit plakken en beschadigd raken.
- Niet vergeten ze voor vertrek weer terug te klappen!
Doe jezelf een lol en gooi nooit, maar dan ook nooit, heet water over je bevroren voorruit. Voor je het weet heb je er een barst in door het plotselinge grote temperatuurverschil. En misschien moet je morgenochtend maar niet die paar minuten extra in je warme bed blijven liggen; die paar minuten kun je beter gebruiken om je autoruiten te krabben en veilig de weg op te gaan.