Die airco gaat ‘m ook dit jaar niet worden

 

Tergend langzaam zette de man twee stappen richting de watergekoelde airco’s waarbij hij meteen zei dat die ‘heel veel herrie maken’. 

 

Ik hoor het me nog zeggen. Dat als we in dit land een gewoonte zouden gaan maken van minimumtemperaturen van twintig plus, dat ik dan volgend jaar een airco zou gaan aanschaffen voor in de slaapkamer. Maar toen kwam 2019 met een lang niet zo hysterische zomer als vorig jaar, dus laat maar waaien die airco. Tot vorige week. De ventilator stond op standje drie en hoewel die geen tsunami belooft zou een verkoelend briesje er toch in moeten zitten, maar schrijf dat maar op je buik. Tegen drie uur in de morgen kon ik alleen nog maar dromen over airco’s en een tot over mijn oren getrokken dekbed, dus toog ik ‘s anderdaags subiet naar de BCC voor een eerste oriënterend rondje. 

 

Beneden kon ik de airconditioners vinden, zei de man achter de balie met zijn blik onafgebroken gericht op het enorme televisiescherm waarop een uitzinnige Boris Johnson met gebalde vuisten en droge ogen stond te beloven dat hij de Brexit voor 31 oktober wel even zou regelen. Naar beneden dus, daar moest ik zijn. Beneden waar het zo zalig koel was – ijskoud in feite – dat ik meteen verkocht was. Al moest er nog wel eerst een meneer of mevrouw worden gevonden om mij van advies te voorzien en dat was nog geen sinecure. Bij de stofzuigers had ik eindelijk beet.

 

‘Kunt u mij adviseren over de airco’s?’

 

‘Wat wilt u weten?’

 

‘Alles?’

 

Zucht – een heel diepe nog wel die helemaal uit meneers tenen leek te komen.

 

Voordat de man piepend aan zijn kuierlatten zou trekken, begon ik zelf maar snel: dat het de slaapkamer betrof, niet te groot, niet te klein, dat die geen ijskast hoefde te worden maar een stabiele achttien graden leek me ideaal en dat ik van alles over airco’s had gehoord maar niet goed wist wat het verschil tussen al die types is en dat, en dat was nog wel het belangrijkste, ik vooral moest weten hoeveel herrie al die types nou maken.

 

Tergend langzaam zette de man twee stappen richting de watergekoelde airco’s, waarbij hij meteen zei dat die ‘heel veel herrie maken’. Zoveel herrie dat hij er persoonlijk nooit bij zou kunnen slapen, maar goed, dat was persoonlijk natuurlijk. En bovendien moest er een gat in het raam want er moest een slang naar buiten, dus daar moest ik natuurlijk ook wel even rekening mee houden.

 

Alternatief? 

 

De luchtkoelers. Waarbij hij me meteen uit mijn droom hielp door te zeggen dat die eigenlijk niet zozeer koelen als wel zuiveren – luchtzuiveraars, articuleerde hij – en dat die dus op water werken met als gevolg dat ze de lucht klam maken. Dus ‘met dit weer’ wees hij met een fors armgebaar richting de trap naar boven en naar de voordeur ‘verre van ideaal’. Een ventilator, die kon hij me eventueel wel nog aanbevelen. Maar goed, die had ik dus al. Waarop hij zich al half omdraaide en zei dat hij me dan niet kon helpen.

 

En dan te bedenken dat ik toch echt wel voor het overeind houden van de middenstanders in de winkelstraat ben! 

 

Door: Brigitte Bormans

Brigitte werkte jarenlang als culinair journalist en schreef twee kookboeken. In 2004 werd ze directeur/eigenaar van Erfgoed Logies. Maar zonder schrijven kan ze niet. Gelukkig zag Franska wel iets in haar columns, kwam van het een het ander en mag er nu ook over andere zaken worden geschreven.

Afbeelding van Brigitte Bormans