Ik was in Berlijn en had drie heerlijke lege uurtjes tussen aankomst en show. Mijn stukje was getikt, de mail opgeschoond, de blaadjes uitgelezen dus tomtietomde ik eens naar de achtste verdieping om de spa uit te checken. Ik trok tien baantjes in het zwembad, pompiedomde een minuut of zeven in de whirlpool en bedacht dat het voor lijf en leden heus goed zou zijn om de boel nog een beetje op te warmen.
Op naar het stoombad, dat vind ik altijd een beetje de sauna voor dummies. Ik dus. Mijn badpakje had ik nog netjes aan, maar ik zag wel verdacht veel naakt geschouderde, in slechts een badhanddoek omwikkelde vrouwen om me heen. Kutje. Sauna. Dat betekent naakt. Ik ben echt niet preuts en dat te verwaarlozen lapje dat mijn bikini heet, laat ook weinig aan de verbeelding over, maar naakt vind ik gewoon zo, zo jaren zeventig. Snotterig uit plekken waar snot niet bedoeld is. Maar ik ben de beroerdste niet en dus wurmde ik mijn badpak onder mijn badjas vandaan, wierp een XXL handdoek om me heen en toog naar dat stoombad. Ik kreeg beelden. Van andere mensen die hier hadden gezeten. En dan zonder badhanddoek natuurlijk. Ik vroeg me af hoe vaak ze dit stoombad zouden schoonmaken. Ook probeerde ik de gedachte dat ik zweetlucht rook weg te bannen. Dat was de kruidenzeep. Biologische kruidenzeep. Geen zweet.
Ik hield het er twee minuten vol. Dan maar naar de sauna. Kom op. Hup hup. Man, wat was het daar donker. Ik ontwaarde pas na drie seconden een ander mens. Zonder handdoek. In lotushouding. Dat betekent dat de genitaliën behoorlijk onbedekt waren. Ik had hier met een pro te maken, want deze persoon zat op het hoogste (dus heetste) bankje, terwijl ik aanstellerig op het onderste krukje aanschoof, mijn badlaken nog steeds zo om me heen gewikkeld alsof ik bij -10 thuis voor de haard zat. Ik had nog net mijn geitenwollen sokken niet aan.
Toen mijn ogen eenmaal aan het duister gewend waren, zag ik wel erg weinig borst bij mijn collega-saunabezoeker. Het duurde zeven seconden voor ik doorhad dat het een man was.
Toen begon het afvinken van de bingokaart. Als ik nu alweer de sauna verlaat, wat denkt hij dan? Dat ik een saunagroentje ben? Dat ik dit doe om hem te verleiden?
Als een soort hedendaagse paringsdans? Dan komt hij achter me aan, moet ik maken dat ik weg kom en glijd ik uit over de glibberige tegels (die dan natuurlijk ineens net gedweild zijn, zul je net zien). Of hij gaat klagen omdat ik binnen drie minuten de deur twee keer heb geopend en dat haalt saunaprofessionals helemaal uit hun momentum.
Eenmaal buiten had ik dus ook geen zin om in al mijn naaktheid onder de gemeenschappelijke douches te staan. En waarom waren hier ineens mannen? Ik was toch via de vrouwenkleedkamer de saunaruimte binnen gegaan? Ineens zag ik een tweede ingang. Juist: vanuit de mannenkleedkamer.
Dan maar in het dompelbad. Gewoon om iedereen te laten zien dat ik geen watje (ik wil hier eigenlijk ‘mietje’ schrijven, maar dat durf ik dus niet meer) ben. Maar ja. Daar moest ik zes treetjes omhoog, in mijn blote niksie. Om vervolgens weer zes treetjes omlaag te gaan. In dezelfde outfit. En precies op dat moment kwam die professor Sauna het houten kamertje uit lopen.
Er zat maar één ding op. Snel, heel snel die vrouwenkleedkamer in. Me in mijn natte badpak hijsen (niets ergers dan dat, of wel?) en snel naar mijn kamer verdwijnen. Ik tref nog een iets oudere dame die haar haren staat te föhnen. Ah, ik herken haar. Zij was er net ook. Met blote schouders en de rest. Ze lacht naar me, maar in haar ogen zie ik medelijden om mijn gestuntel.