De kliklijn

 

Adrienne ergert zich al jaren aan haar buren. Niet omdat ze zoveel herrie maken en voor overlast zorgen. Er is iets heel anders aan de hand…

 

 

Als ik door het keukenraam naar buiten kijk, zie ik mijn overbuurman in zijn voortuin staan. Er staat een aanhangwagentje vol met ijzeren stijgeronderdelen vlakbij geparkeerd. Vol verbazing zie ik hoe hij een voor een de zware pijlers naar de gevel van zijn huis sjouwt. Als hij me opmerkt zwaait hij naar me en gaat daarna onverstoorbaar verder.

 

Mijn overbuurman is een echte doe-het-zelver. In de jaren dat hij tegenover ons woont heeft hij van zijn huis een waar paleisje gemaakt. Hij maakte een dakkapel en een uitbouw aan de achterkant. Hij heeft zijn voortuin helemaal opnieuw bestraat en ook binnen heeft hij het nodige gedaan. Hij heeft er ook alle tijd voor, want hij werkt niet.

 

Maar mijn overbuurman is niet met pensioen. Daar is hij nog veel te jong voor. Nee, mijn overbuurman is arbeidsongeschikt. Een paar jaar geleden zat hij steeds vaker een tijdje thuis. Hij vertelde dan dat hij zo’n last van zijn rug had en echt niet naar zijn werk kon. Hij deed iets in de automatisering op een kantoor hier in de buurt.

 

Maar gek genoeg zag ik hem dan wel in zijn sportkleding in de auto stappen. Inmiddels is hij afgekeurd maar heeft hij wel eigenhandig zijn hele huis verbouwd. Maar dat kan toch niet als je zo’n pijn in je rug hebt? Hoe kun je dan met stoeptegels lopen zeulen als je zo graag een mooi paadje in je tuin wil hebben? En al die gipsplaten die hij naar boven tilde toen hij de dakkapel getimmerd had? Dat lukt dan toch zeker ook niet?

 

Hoe meer ik erover nadacht, hoe meer ik mij eraan ergerde. Ik heb ook weleens pijn in mijn rug. Dat kan ook niet anders als je zoals ik in de zorg werkt. Als ik denk aan al die uren die ik nu maak en het lage salaris dat ertegenover staat… Maar het is mijn eer te na om mijn hand op te houden. Ik zou ook wel graag voor altijd vakantie willen hebben op kosten van de staat, maar zo zit de wereld nou eenmaal niet in elkaar.

 

Soms denk ik dat ik gek ben, als ik de overbuurman zo fluitend door het leven zie gaan. Mijn man en ik moeten hard werken om hier te kunnen wonen. En hij kan met zijn uitkering doen alsof het iedere dag weekend is. Ik stoor me dan ook mateloos aan de makkelijke houding van de overbuurman. Het is toch niet te geloven dat hij het UWV met een of ander zielig verhaal zo kan belazeren? Fatsoenlijke hardwerkende mensen zoals ik hoeven die uitkering van hem toch niet te bekostigen?

 

Soms zou ik wat willen doen, een daad stellen tegen dit soort praktijken. Ik had het er laatst met mijn man over om te bellen met een kliklijn. Maar hij vindt dat ik me er niet zo druk over moet maken. ‘Wat kan jou het nou schelen hoe de overbuurman zijn leven leeft’, zei hij.

 

Maar het irriteert me mateloos. Zeker als ik na een lange nachtdienst doodmoe thuiskom en de overbuurman weer vrolijk aan het werk zie. Misschien dat ik binnenkort toch een keer de telefoon pak…