De ergste blunders die ik in de horeca maakte

 

Never a dull moment wanneer je in de horeca werkt. Elk begin van een nieuw baantje is spannend, maar met weinig ervaring vond ik de horeca oprecht dood- en doodeng.

 

Je wilt geen fouten maken, maar ook richting je collega’s geen onzekerheid uitstralen en dan moet je óók nog met gasten communiceren. Dat laatste vond ik vaak nog het engste: zij betalen voor hun drankjes, eten en the whole shebang, dus als jij een tafel niet goed helpt, hebben mensen vaak pertinent een hekel aan je. Zo voelde dat bij mij althans.

 

Waarschijnlijk begrijp je al: die druk aan het begin van mijn horeca-carrière… grotesk! Het gevolg: zweethanden, stotterend aan tafel, niet meer weten wat links en rechts is, en ga zo maar door. Mijn eerste horeca-baantje (inmiddels ongeveer 16 jaar geleden) was bij een redelijk hoogwaardig restaurant, waarvan de eigenaar Herman den Blijker was, je kent ‘m vast. Service móest dus goed en correct zijn. Hoewel lang geleden, herinner ik mijn beginnersfouten nog als de dag van gister. Maar ook mijn verdere carrière in de horeca zijn er genoeg gênante momenten, en dit zijn de ergste:

 

De domste fouten die ik heb gemaakt in de horeca
1. Niemand legde mij uit hoe je met meerdere borden in één hand/arm moest lopen. Ze gingen er gewoon van uit dat ik het wel wist; dat wist ik dus niet. Gevolg was dat ik dacht dat iedereen gewoon héél goed was in balanceren (ik dus niet) en de hete borden met theedoeken eronder gewoon op m’n arm liet zwengelen. Zo. Veel. Borden. Gebroken.

 

2. Bij ditzelfde restaurant legde de chef slechts één keer de gerechten buiten de kaart om uit. Mijn geheugen was nog niet horeca-getraind en dus was ik dit na vijf seconde weer vergeten, maar meneer de chef weigerde het nog een keer te vertellen. Situatie: een zakengezelschap van 20 man moeten vertellen dat hun tussengerecht een gehaktbal met Harry Koeffers was. Was het niet. Het was een vegetarisch balletje (ingrediënten weet ik nog steeds niet) en haricot verts.

 

3. Jarenlang heb ik bij een bruine kroeg vlakbij Leidseplein gewerkt, waar toeristen vooral pints bier bestelden. Kon ik allemaal aan, maar in de drukte vergat ik even dat er een opstapje was bij de deur. Ik vloog letterlijk de deur uit, en de meneer aan de middelste tafel op het rammend volle terras kreeg zeven pints bier over zich heen. Zeven. Hij was not amused.

 

4. En dan denk je het balanceren van de borden wél onder de knie te hebben, en zo heel soepel met drie tegelijk naar een tafel te gaan. De eerste gaat goed… En dan vergeet je dat de vis inclusief botersaus in je andere hand niet meer goed recht staat. En dat merk je dan omdat mevrouw begint te gillen aangezien zij nu een volledig bord botersaus in d’r haar heeft. Ook zij was not amused.

 

5. Toen ik eenmaal de etiquette een beetje begon te leren, wist ik dat het eerste bord bij de oudste vrouw neergezet moet worden. Kan je mijn blinde paniek voorstellen toen er een redelijk groot gezelschap was met allemaal vrouwen op leeftijd? Ik wist echt níet waar ik moest beginnen, maar het werd al snel duidelijk dat ik de verkeerde keuze had gemaakt. Als blikken konden doden…

 

6. Dit was niet eens echt een blunder, maar wel een moment waarop ik echt door de grond kon zakken… Een bekende Amsterdamse crimineel die zijn bijnaam te danken heeft aan zijn grote gok, moest ik de vis van de dag uitleggen. Het was een neusvis. Ik moest vertellen dat De Neus een neusvis voorgeschoteld kon krijgen. Doodsangsten.

 

7. De mash up van woorden: als ik in m’n hoofd met veel dingen tegelijkertijd bezig ben, raken m’n woorden soms in de war. Zo bedankte een gast mij voor iets wat echt een kleine moeite was, raakte ik verstrikt in ‘no problem’ en ‘you’re welcome’. Resultaat: ‘no welcome.’

 

8. Kan zo in een comedyfilm: ik moest op Valentijnsdag werken, en het restaurant was lekker romantisch aangekleed. Als nieuwkomer mocht ik de serre lopen, waar vooral stelletjes een drankje kwamen doen. Veel flessen (roze) champagne dus. Had ik ooit champagne opengemaakt? Nee, maar kon het zo moeilijk zijn? Nou, die kurk ging er makkelijk af… Maar wel recht tegen het plafond en vervolgens op het hoofd van die jongen. Side note: op deze avond vertelde de bedrijfsleider dat het misschien niet zo’n heel goed plan was, dat restaurant en ik samen. I got dumped on Valentine’s Day.

 

Bonus: Dit was voor mij niet per se een blunder, maar meer voor hem. De man van een bekend Nederlands model kwam afrekenen voor hem en zijn gezelschap. Hij wilde met creditcard betalen, maar had dezelfde dag flink geshopt: ‘Weet jij of het maximum van Mastercard boven de 20.000 euro kan?’ Ik heb heel lief geknipperd, en geantwoord dat áls ik dat zou weten, ik waarschijnlijk niet 5 dagen per week in de horeca aan het bijbeunen was. Nee, dat dacht hij bij nader inzien ook niet.

Door: Wieke Veenboer

Wieke Veenboer woont in Amsterdam. Ze is een graag geziene gast in de Amsterdamse horeca en probeert af en toe zelf een keukenprinses te zijn. Ze houdt van reizen, verslindt boeken maar speelt ook Netflix uit.

Afbeelding van Wieke Veenboer