Corona­virus komt nu wel heel dichtbij

 

Snel gek laat ik me niet maken. Dus het hele coronavirus, ik was er niet zo mee bezig. Maar nu het eerste geval in Nederland is geconstateerd, word ik toch een beetje zenuwachtig.

 

Het virus dook op in Tilburg, zoals je misschien al hebt gelezen of gezien op het nieuws. Opvallend vond ik de kop van het AD: ‘lieve, toffe familieman die carnaval vierde’. Eh, oké? Alsof het coronavirus daar iets af aan zou doen. Die man, van 56 jaar, gaat toch ook niet expres besmet met het virus carnaval vieren? Beetje een aparte kop. Maar goed. De man komt uit Loon op Zand en was onlangs in Lombardije (Italië) geweest, en ligt nu in isolatie in een ziekenhuis in Tilburg.

 

Wat dit soort besmettelijke ziektes betreft ben ik eigenlijk niet zo bang aangelegd. Misschien omdat het deels een ver-van-m’n-bedshow is, of de naïeve gedachte dat het mij toch wel niet zal overkomen. Maar ja, dat zal die man ook wel gedacht hebben. En het pessimistische in mij denkt nu wel: er zullen meer besmettingen gaan volgen in Nederland. Veel meer, misschien wel. Carnaval staat nou immers niet echt bekend om het dragen van mondkapjes of de grote afstand tussen mensen… Eigenlijk precies het tegenovergestelde, nietwaar?

 

Maar ook al komt dat virus nu steeds dichterbij (als in: het is in ons land gevonden), ik denk toch dat het onze Nederlandse nuchterheid is om niet met z’n allen die mondkapjes te gaan dragen. Kan ik me bijna niet voorstellen, dat ik mijn huisdeur uit ga in Amsterdam en mijn mede-stadsgenoten zo zal zien rondlopen. Maar toch… Het blijft eng, hè?

 

Door: Wieke Veenboer

Wieke Veenboer woont in Amsterdam. Ze is een graag geziene gast in de Amsterdamse horeca en probeert af en toe zelf een keukenprinses te zijn. Ze houdt van reizen, verslindt boeken maar speelt ook Netflix uit.

Afbeelding van Wieke Veenboer