Sinds een paar maanden zit Alice op Facebook. Maar of dat een verrijking van haar leven is, betwijfelt ze. 

 

Als je niet van Facebook houdt, ben je dan wel ok?

 

 

 

Ineens zit ik op Facebook. Dat had ik jaren uitgesteld. Toen Facebook ergens in 2008 zijn opmars maakte en langzaam het leven van mijn vrienden, collega’s en wat familie veroverde, vond ik dat een onwelkome indringer. Zat ik leuk te kletsen, werd het gesprek onderbroken omdat er op Facebook iets leukers te zien was. Hadden we net een fijn tafeltje voor vier in een restaurant gevonden, was het aperitief nog niet ingeschonken of iedereen ging aan de slag met het fotograferen van drankjes en gezelschap, om het vervolgens te posten op Facebook. Liep je heerlijk door het bos te genieten van de natuur, wees mijn gezelschap op zijn telefoon om te laten zien waar ‘de rest van de wereld’ op dat moment mee bezig was.

 

‘Ik hou van offline,’ riep ik jarenlang. En ook: ‘Zonde van mijn tijd.’

Bij de vraag of ik dan niet bang was dat ik veel miste, haalde ik mijn schouders op. Als je er niet bent, weet je ook niet wat je mist.

Of ik dan niets met social media had? Ja, ik twitter soms mijn mening en op Instagram kijk ik met een schuin oog naar wat mijn twee dochters posten. Meer social media verlang ik niet.

 

‘Als je er niet bent, weet je ook niet wat je mist’

 

Deze zomer werd me gevraagd een Facebook-account aan te maken. Voor Franska.nl zou er gebrainstormd worden in een besloten Facebook-groep. Stiekem hoopte ik dat ik zonder zo’n account kon worden toegelaten in het groepje. Maar dat ging niet en zo typte ik eind augustus mijn naam onder de blauwe Facebookbalk. Wat er toen gebeurde, vind ik nog steeds onbegrijpelijk.

 

Iedereen die ik al kende wilde mijn vriend worden. Mensen met wie ik al jaren werk, familieleden die ik regelmatig zie, vrienden van de sportclub, vriendinnen met wie ik maandelijks afspreek en die ik al jaren ken, goede collega’s en zelfs mijn buren stuurden me hun  vriendschapsverzoeken op Facebook. Ik had er de eerste weken soms wel vijftien tegelijk in mijn mailbox. Alsof ik een bekende popster was, zo voelde ik me. Geliefd en opgejaagd tegelijk. Mijn schoonzus wilde vriendinnen worden en ook mijn nichtjes. Wat moest ik die allemaal gaan vertellen op Facebook wat ze nog niet wisten? We deelden toch allang ons lief en leed, onze vakantiefoto’s en rare selfies? Wat moest Facebook daar dan nog aan toevoegen?

 

Voor de vorm bracht ik er elke dag wat tijd door, benieuwd naar wat ik al die jaren had gemist. De een stuurde kattenfilmpjes, de ander iets met olifanten. Een collega prees haar eigen waar aan. Ik zag veel kinderen met zwemdiploma’s, wollen mutsen of nieuwe schoenen, er werd druk gefeliciteerd en geherinnerd. What’s the fuzz about? dacht ik. Is dit wat ik al die jaren heb gemist? Waar iedereen zijn tijd in steekt als we samen langs de zee lopen, op vakantie zijn, uit eten gaan of borrelen op een terras. Is dit hier, het leven onder die blauwe balk, dan zoveel leuker dan elkaar in levende lijve zien, aankijken, ruiken en voelen? Het stemde me treurig. Ik pas niet in deze tijd, denk ik. En ik voel me soms hopeloos ouderwets.

 

Poll

Blij met Facebook: ja of nee?

[poll id=”4″]

Alice Binnendijk is chef bij Franska.nl. Ze is getrouwd en heeft twee dochters.

Fotografie: Esmee Franken, visagie: Linda van Iperen, haarstylist: Mandy Huijs