9 dingen die je bedenkt als je in een zwemparadijs bent
“Ik durf het bijna niet te vragen, maar ik doe het toch.” De liefste juf van mijn minstens zo lieve Flo. Personeelstekort in de zorg klopt ook bij ons aan de poort.
Dus op haar ‘school’ zijn ook te weinig handen en te veel kinderen. Lang verhaal een vleugje korter: ze is deze week drie dagen thuis, Omdat ik heel erg team Cruijff ben en dus graag de silver lining van een wolk zie en niet de regenbui die erachter hangt, bedenk ik dat het ontzettend leuk is. Kwali-tijd. En misschien nu samen naar een tropisch zwemparadijs want daar is het natuurlijk uitgestorven op een gemiddelde maandagochtend. Weinig dat ik wist. Dus daar was ik, midden in een tropisch zwemparadijs waar je eerder verticaal dan horizontaal bewoog en de anderhalve meter alleen werd aangehouden voor een bier- of fritesbakjesbestelling. Afijn. Het zwemparadijs dus. En dan vraag je je dit bijvoorbeeld af.
1. Zouden er mensen zijn die hier echt voor hun plezier komen?
2. Wat doen die mensen daar op die plastic stoeltjes naast het golfslagbad? Oh, die lezen een boekje. Die maken er dus écht een dagje van.
3. Hoeveel van de hier aanwezigen (ik gok een mannetje of 1500) zou hier daadwerkelijk naar de wc gaan om te plassen?
4. Hoeveel liter urine zit er ook alweer in een gemiddeld zwembad?
5. Waarom is een tropisch zwemparadijs de sauna als je binnenstapt maar heb je het na een halfuur toch echt koud?
6. Ben ik de enige die telt hoe vaak ze de giraffenglijbaan inmiddels heeft genomen?
7. En de wildwaterbaan?
8. Zouden andere mensen ook elk kwartier op de klok kijken?
9. En denken of het inmiddels een goed moment is om te zeggen: “Zullen we naar huis?”
Morgen gaan we weer.