Rare jongens, die Romeinen

Mijn ouders besloten het roer om te gooien (zeg maar gerust: van hun geloof te vallen) en met vakantie naar Italië te gaan. Dat ging er zo aan toe..

 

Na een paar verregende zomervakanties in Midden-Frankrijk en een ‘weggemistralde’ tent in Zuid-Frankrijk besloten mijn ouders het roer om te gooien (zeg maar gerust: van hun geloof te vallen) en met vakantie naar Italië te gaan. Cultuurtechnisch gezien zou het niet veel uitmaken; in Italië heb je ook prachtige kerken, kathedralen en musea. Qua campings zou ’t een tikkie anders worden, dat merkten we al op de weg ernaartoe. In Frankrijk stonden we altijd op de meer ingetogen (lees: goedkope) municipal-campings met zo min mogelijk Nederlanders. Ik zal nu even niet uitweiden over de sta-wc’s en het afwasteiltje met koud water, maar de term basic vat e.e.a. redelijk samen. Onderweg naar Italië maakten we een tussenstop op een camping in Zwitserland. ‘Schoner dan thuis!’ riep mijn moeder verheugd, en ook al zijn we er sinds die eerste keer nog vaak geweest, mijn enige herinnering aan die Zwitserse camping is blinkend wit sanitair.

 

Nee, dan de Italiaanse campings! Niks goedkope gemeentecamping met hooguit een plan d’eau of een stenig beekje om te pootjebaden. Niks Zwitserse rust, reinheid en regelmaat. Halve pretparken waren de Italiaanse campeggi, met prachtige zwembaden en speeltuinen en een campingwinkel en een terras waar je kon eten en waar ze ijsjes verkochten en weet ik wat voor verleidingen allemaal nog meer. Caravans vonden mijn ouders lelijk, dus wij stonden met onze tenten zo ver mogelijk achteraan op de tentenweide, ongeveer een kwartier lopen naar het zwembad. Eten op het terras kwam niet in Frage, want de camping was al duur genoeg als je zelf op een butagasstelletje kookte.

 

Maar goed, dag 1 op de Italiaanse camping: uitslapen, brunchen en met badlaken en Donald Duck-vakantieboek naar het zwembad. Dat was dicht. DICHT??? Het was warm en zonnig en vakantie en de camping was vol en het zwembad was dicht? Chiuso! We snapten er niets van. ‘Si, signorina, van twaalf tot vier is het zwembad gesloten want dan gaat de badmeester lunchen en siësta houden.’ Het was ook voor onze eigen veiligheid. Of we wel wisten dat het heel gevaarlijk was om te gaan zwemmen met een volle maag? Alsof wij naar dat zwembad kwamen om te gaan zwemmen! En als we dan om vier uur terugkwamen, of we dan wel badmutsen mee wilden nemen, want lange blonde haren in het zwembad, dat was verboden en badmutsen voor mij en mijn zus dus verplicht. En zo’n losse shortzwembroek als mijn broer droeg was ook verboden. Aha. Gelukkig had ik 1700 km lang op de achterbank van de auto de Teleac-cursus Italiaans voor beginners zitten doorbladeren (ja, zo’n kind was ik, en google translate bestond nog niet), dus lukte het me om diezelfde middag op de markt twee badmutsen te scoren.

 

De schok van het gesloten zwembad eenmaal te boven hebben we een heerlijke vakantie gehad. We werden uitgenodigd voor een spaghettata: midden in de nacht met z’n allen spaghetti eten met niks. Ja, in onze Hollandse blauwe ogen met niks, want er ging wel een scheut olijfolie over de spaghetti en een draai met de pepermolen, maar het was dus spaghetti zonder saus. Daar snapten wij in die tijd weinig van, maar lekker was het wel en vooral ook zooooo stoer.

 

Jammer dat er geen foto’s van toen in de Cloud staan. Misschien heeft m’n vader de dia’s nog….

 

Door: Madeleen Driessen