Zogenaamde ooms en tantes
Merkwaardig verschijnsel, waarvan ik me afvraag of het nog bestaat. Bij ons thuis zat het vroeger zo.
Van opa’s en oma’s heb ik helaas niet lang mogen genieten. Al herinner ik me ondanks dat nog best veel van ze. En er was ruimschoots compensatie, want er was bij ons vroeger in de familie geen gebrek aan ooms en tantes. Vroeger ja. Helaas is dat stadium intussen ook al gepasseerd. Dat krijg je als je ouders allebei de jongsten thuis waren. Gelukkig is (en was) onze familie meer dan groot genoeg. Alleen met kerst zagen we nooit ooms en tantes. Die zaten natuurlijk allemaal met hun eigen kroost aan de rollade of kalkoen.
En toch kwamen er met kerst vaak ooms en tantes eten. Hoe dat nou mogelijk is? Wij hadden de gewoonte om mensen die totaal geen familie van ons waren, maar gewoon goede vrienden van onze ouders, oom en tante te noemen. En daar hadden wij er best een hele bups van. De bups dreigde zich zelfs nog uit te breiden doordat er mensen waren die graag tante en oom genoemd wilden worden, zelfs toen wij het puberstadium al lang gepasseerd waren. Ja sorry hoor, maar op een gegeven moment stonken we daar niet meer in.
Ik zit me weleens af te vragen of dat gebruik eigenlijk wijdverbreid is geweest. Had jij ook zulke ‘familie’? En ik vraag me ook af of dit gebruik nog steeds bestaat. Ooms en tantes die geen familie zijn toch oom en tante noemen?
En hoe noem je dan hun kinderen? Neven en nichten? Heb ik me als kind al vaak het hoofd over gebroken.En waarom bedachten ze dit? Omdat ze het ongezellig vonden als we ze meneer en mevrouw De Jager of zo zouden noemen?