Dat is nog eens bijzonder wakker worden: aan de overkant van de rivier trompetteren olifanten. Ik spring mijn bed uit, want stel je voor dat ik iets bijzonders mis.
Wel vijftien olifanten spelen in het water, en moeder-overste staat op de kant te wachten tot het spul is uitgespetterd. En ze is boos, ze maakt een enorme hoop herrie.
Terwijl een deel van de club nog in bad zit, jaagt moeder-overste een jong mannetje weg dat haars inziens moet opzouten. Twee puberjongens in het water doen vervelend. Haken elkaar pootje, duwen de ander terug in de rivier en als de ene eruit wil, gaat de andere jongeman er breeduit voor staan: ‘Jij mag er lekker niet door.’ Moeder-overste trompettert weer, holt de bosjes in, waar de indringer zich bevindt. Statig schrijdt ze terug. Zo, dat is ook weer geregeld. De indringer probeert het nog één keer, maar deinst terug als de akela een paar stappen dreigend vooruitzet en nog maar eens tettert. Het kan zijn dat een jong mannetje nu definitief uit de club wordt gezet. Moeders, dochters, zusters en tantes blijven meestal levenslang bij elkaar, maar puberjongens worden op den duur op kamers gestuurd. Daar zal alle opwinding wel over gaan.
We doen vandaag geen gamedrive, hebben we besloten, even rust na alle drukte in Katete. Na het ontbijt zitten we voor onze tent en genieten van de stilte. Alleen dierengeluiden. Zo gezellig, we krijgen een baboon op de koffie. En niet zo’n kleintje ook. Een ontspannen ogende, grote vent, die gezag heeft over de rest van het baboongespuis in de bosjes. Hij komt bij ons zitten, op de houten reling, die is aangebracht om passerende olifanten op een afstand te houden. We krijgen af en toe een wijze blik toegeworpen, alsof hij wil zeggen:
‘Ik weet meer van deze wereld dan jullie mensen allemaal bij elkaar!’ Geen agressie, geen angst, hij blijft een tijdje en vertrekt dan met de troep. ‘Kom morgen maar terug!’ roep ik hem na. En zowaar, hij kijkt begripvol om. ‘Ik beloof niks’, betekent dat, vermoed ik.
Drie bush Bucks komen langs geslenterd. Erg schuwe dieren, maar ze lijken nu niet bang te zijn. Ook dit drietal komt op visite. Het is een schitterend seizoen: niet te warm, volop water en voedsel, wat zorgt voor een ontspannen sfeer. Je natje en je droogje en een plek om te slapen. De enige zorg van dieren: uit handen zien te blijven van degenen die je willen opeten.
Door: Wieke Biesheuvel
Wieke Biesheuvel werkte en woonde zes jaar in Zambia, is nu voorgoed terug en probeert het Nederlandse leven weer onder de knie te krijgen. Waarbij ze beurtelings verbaasd, boos, dolgelukkig, verward of blij is.
Leestip
Heb jij de kerstboom al staan?
Heb jij de kerstboom al staan?
Nee joh, dat kan toch pas na Sinterklaas? 63%, 25 votes
25 votes63%
25 votes
Mij niet gezien, ik houd niet van kerst. 25%, 10 votes