We zaten op een terras aan de gracht waar het een komen en gaan was op deze hoogzomeravond

 

De rare broeken en rare wenkbrauwen die we voorbij zagen komen bracht ons op nog veel meer rare rages.

 

 

 

We zaten op een terras aan de gracht, waar het een komen en gaan was op deze hoogzomeravond. Fietsers en knetterende motoren, hijgende honden naast moeizaam sjokkende baasjes, snelle auto’s en snelle meisjes in zomerse tenues. We keken meer dan we praatten, want dat praten kwam straks bij de Thai wel, en er viel hier nou eenmaal zoveel te zien dat het raar zou voelen om te doen alsof we het niet zagen.

 

‘Hebben wij nou ook echt in zulke broeken gelopen vroeger?’ vroeg mijn vriendin. Het was een broek met een ultralage taille en zulke ultra wijde en lange pijpen dat de rafels van de zoom achter haar aan over de brug sleepten.

 

‘Nou en of wij dat hebben. En we voelden ons er toen net zo mooi in als dit meisje nu.’

 

‘Hoe is het mogelijk toch?’ zei mijn vriendin.

 

‘Wat dacht je van die wenkbrauwen dan?’ wees ik zo discreet mogelijk op wat ongetwijfeld een Britse toerist moest zijn. ‘Lijken al die meisjes met die veel te zwaar aangezette wenkbrauwen niet allemaal op clowns?’

 

‘En dan te bedenken dat wij onze wenkbrauwen vroeger bijna helemaal weg epileerden om ze te vervangen door een foeilelijk potloodstreepje. Meestal nog in de verkeerde kleur bruin ook.’

 

‘Mode is raar.’

 

‘Curieus soms. Weet je nog de plateauzolen uit de jaren zeventig? Regelrechte enkelbrekers. En lélijk!’

 

‘Sleehakken dan? Man, wat heb ik die ook altijd spuuglelijk gevonden.’

 

‘Net als Zweedse klompen. Amai. En die zijn weer terug, als ik het goed heb, en onverminderd onpraktisch en onflatteus.’

 

‘Naveltruitjes dan? Vooral bij meisjes die ze nét niet konden hebben.’

 

‘Of weet je nog de Purdy-kapsels?’ (Voor wie dit niet meer weet: Joanna Lumley vertolkte vroeger de eindeloos sexy Purdey in de serie De Wrekers en haar kapsel – lange, bol opgeföhnde pony en kort in de nek en bij de oren – werd wereldwijd gekopieerd.)

 

‘Met mijn haar leek het net alsof ik een helm ophad. En dan die Lady Di-lok die iedereen wilde hebben. Weet je die nog?’

 

‘Blij dat ik me daar allemaal niet meer druk om hoef te maken.’

 

‘Zal dat er niet ook mee te maken hebben dat we inmiddels op een leeftijd zijn dat we echt niet meer alles kunnen aantrekken? Ik bedoel: als ik eindelijk weer eens een broek heb gevonden die goed zit, ben ik zo blij dat ik er meteen maar drie tegelijk van aanschaf.’

 

‘Ja, natuurlijk doe je dat.’

 

‘Zullen we gaan eten?’

 

‘We gaan eten!’

 

Door: Brigitte Bormans

Brigitte werkte jarenlang als culinair journalist en schreef twee kookboeken. In 2004 werd ze directeur/eigenaar van Erfgoed Logies. Maar zonder schrijven kan ze niet. Gelukkig zag Franska wel iets in haar columns, kwam van het een het ander en mag er nu ook over andere zaken worden geschreven.

Afbeelding van Brigitte Bormans