Wat een ellende als je niet slapen kunt
De manier waarop ik slaap vindt mijn Rob mega-irritant.
Ik raak mijn kussen en ben weg. Terwijl hij nog ligt te woelen en draaien ben ik allang vertrokken naar dromenland. Tenminste, zo ging het tot een tijdje geleden.
Ik ben altijd een goede slaper geweest. Ik val snel in slaap en ben vroeg wakker. Ruim dertig jaar vroeg opstaan voor kinderen, werk en hond hebben ervoor gezorgd dat uitslapen niet meer in mijn systeem zit, en vroeg opstaan vind ik ook wel lekker. Dan heb je een lange dag. Dat anderen niet zo goed konden slapen, dat begreep ik niet zo goed. Je gaat liggen en je slaapt, hoe moeilijk is dat?
Maar opeens sliep ik een aantal nachten slecht. Het was ook druk op mijn werk, Rob was verkouden en lag de hele nacht te hoesten en te proesten en mijn dochter en kleindochter kwamen een paar nachtjes logeren, waardoor je toch onbewust ligt te luisteren of het ’s nachts wel stil is. Kortom, ik had redenen om slecht te slapen. Toen de rust in huis was weergekeerd, verheugde ik me op een nacht lekker doorslapen. Ik kroop er extra vroeg in om eens flink bij te slapen.
En toen lag ik wakker. Ik zag het elf uur worden, twaalf uur, één uur. Rob lag naast me te ronken, de hond snurkte gezellig mee. Uiteindelijk viel ik in slaap, maar om drie uur schrok ik alweer wakker. Om vier uur merkte ik dat Rob naar de logeerkamer verhuisde. Dus óf hij moest weer hoesten, óf ik was vervelend (waarschijnlijk dat laatste). Toen de hond merkte dat ik wakker was, waggelde ze slaapdronken vanaf ons voeteneinde naar boven, kroop onder de dekens en rolde zich op tegen mijn buik, haar favoriete slaapplekje. Dat warme hondenlijfje hielp een beetje en ik viel weer in slaap, maar ieder half uur zag ik op de klok voorbijkomen. Rond vijven begonnen de dagelijkse dingen door mijn hoofd te malen, wat helemaal funest is om nog rust te krijgen. Om kwart voor zes, een kwartier voor de wekker ging, viel ik alsnog in slaap. Voor een kwartiertje.
En zo gaat het nu al een tijd. Ik heb geen idee waarom, ik pieker niet, er is niets mis. Ik kan gewoon niet slapen. Overdag voelt het alsof ik óveral in slaap kan vallen, maar ’s nachts lukt het niet. Maar hopen dat ik snel weer ‘normaal’ word.