Waar vitamine D wel allemaal wel en níet goed voor is
Op m’n vrije zaterdag stapte ik bij Holland & Barrett binnen, het adres voor de betere charcoaltandpasta heb ik me laten vertellen, maar je kan mij veel wijs maken.
Met een tube in de hand botste ik tegen een muur aan vitamines op. Wat goed uitkwam, want die moest ik ook nog hebben. Normaal slik ik rond februari een jetser van een vitamine-mineralenpreparaat om de koudjes en griepgolven af te weren, maar dit keer liet ik me op maat adviseren. Ik moest aan de vitamine C, maar ook zéker aan de D. Dus ging ik naar huis met stripjes vol kleine ronde capsules, die me een beetje aan de zon deden denken. De vitaminevrouw beloofde me dat het de vermoeidheid zou laten verdwijnen en dat het een múst was voor mijn hernia. Ook dat soort dingen geloof ik graag.
Maar wat doet vitamine D eigenlijk?
First things first, natuurlijk is het ook mogelijk om vitamine D binnen te krijgen zonder het te slikken. Je neemt het op als er genoeg UVB op de huid schijnt en door de juiste dingen te eten, zoals vette vis (lekkerrr), eieren en vlees. Maar zelfs als je in topconditie bent kamp je nog weleens met een tekort. Logisch, want in de winter doet ons land aan bewolking en kou en neem je soms gewoon niet genoeg op. ‘City dwellers’, zoals Earl Mindell’s Vitamine Bijbel ze zo mooi noemt, hebben er baat bij om extra vitamine D te nemen, omdat ze in een omgeving leven waar veel smog is.
In combinatie met vitamine A en C kan D helpen bij het voorkomen van verkoudheid en gaat het ontstekingen tegen (precies wat ik nu nodig heb). Het zorgt ook dat je lichaam op de juiste wijze calcium en magnesium opslaat, wat weer goed is voor sterke botten en tanden. Vitamine D helpt je weerstand, je immuunsysteem en draagt bij aan een goede werking van de spieren. Klinkt als een wondermiddel.
Help zelf een handje
Als je dagelijks niet tussen 11:00 en 15:00 uur buiten komt is het aan te raden om wat bij te slikken, maar het helpt ook om te proberen elke dag minimaal 15 minuten buiten te zijn. Het klassieke ommetje na de lunch. Oh, en de adviseur in de winkel raadde me ook nog even aan bij je keuze voor vitamine D te letten op vulmiddelen. Want die heb je dus allesbehalve nodig.
Eet ook: sardines, haring, zalm, tonijn en zuivelproducten zoals kwark. En drink: melk.
Oh ja, te veel vitamine D is natuurlijk ook weer niet goed voor je (wat bijna met alles is waar ‘te’ voor staat), maar wees gerust, dat komt in Nederland nauwelijks voor.