Waar onze kinderen ons later keihard om uitlachen
Ik wil mijn moeder nog wel eens een potje plagen met hun gewoontes van vroeger. De sigaretten die op tafel stonden (weet je nog, John Player Special in die mooie zwarte potjes), überhaupt het roken in auto’s met dichte ramen, de gevulde eieren, de salamiworstjes met een augurkje erin, de knalgroene muren (die hadden wij niet, maar wel bruin/rode gordijnen), al kan ik mijn moeder nog steeds bizar knap vinden als ik foto’s van de seventies zie met haar hoge laarzen, korte jurkjes en brede riemen. Dat bracht me op het idee waar wij later keihard om worden uitgelachen. Ik neem vast een voorzetje.
1. De Balenciaga-sneakers
Daar gaan ze dubbel om liggen. Helemaal krom.
2. De betonnen vloer
En dan maar meteen de bakstenen binnenmuur, de houten ondervloer die je een likje verf geeft, de stalen raam- en deurpartij. En dat we daar zomaar onze hypotheek voor ophoogden om in die kille, kale bende te zitten.
3. Op gas koken
Dat we dat deden. Net zo lang tot er aardbevingen voor nodig waren om ons tot inkeer te brengen. Hier lach ik niet om, hier schaam ik me voor. Nu al.
4. Open haard
Ja, zo leuk en zo gezellig. Maar hóe slecht voor het milieu. Dat we het doen is eigenlijk iets om ons voor te schamen.
5. Dat we onze telefoon moesten opladen
Over twintig jaar laadt die zich natuurlijk automatisch aan jouw lichaamsenergie.
Dat je scherm kon breken als je hem liet vallen gaan ze ook hilarisch vinden, want wij hebben dan natuurlijk gewoon een virtueel scherm waar de informatie op geprojecteerd wordt.
6. Dat je er 12 uur over deed om naar Thailand te komen
Want dat gaat dan natuurlijk in een Thalys-tempo.
7. Dat we elke dag rustig anderhalf uur in de file stonden
8. Dat we geld hadden. Munten en briefjes.
9. Dat er mannen (en vrouwen) waren die elke dag de krant rondbrachten. Met het nieuws van gisteren dus.
10. Dat die mannen en vrouwen met oud en nieuw aanbelden en dat je hen dan een muntstuk gaf als dank voor hun trouwe dienst.
11. Dat er lineaire televisie was en dat miljoenen mensen elke dag klaarzaten voor het achtuurjournaal.
12. Dat je heel blij was als je vandaag iets online bestelde en het er de volgende dag was.
13. Dat we brillen droegen.
14. Dat we spijkerbroeken met grote gaten droegen.
15. Dat je in de rij moest voor een douane.
16. Dat je een stempel in je paspoort kreeg.
17. Dat je een portemonnee had. Betalen doe je met je telefoon of door te lachen naar de spiegel.
Hebben jullie aanvullingen? Ik hoor ze graag.
Door: May-Britt Mobach
