‘Ik voel me een gebroken man’
Margreet verheugt zich nu al op het boek dat ze ooit samen met haar vriendin in Huize Zielerust zal schrijven.
‘Ukkel!’ appt m’n beste vriendin op kerstochtend als ik haar vertel hoe ik de avond ervoor gewond ben geraakt toen ik al struikelend op een dienblad met glaswerk belandde. Ondanks m’n getormenteerde lijf moet ik grinniken. ‘Ukkel’, dát is lang geleden! Zo noemden we elkaar in onze studententijd, als we ‘sukkel’ te krachtig vonden klinken. Net daarvoor heb ik tegen man en kind gezegd: ‘Ik voel me een gebroken man’. Ook zo’n uitdrukking van haar en mij als we ons echt, echt beroerd voelden.
Een warme golf van genegenheid overspoelt me. Ineens krijg ik de onbedwingbare behoefte haar even te zien, óók omdat haar feestdagen er door de griep anders uitzien dan gepland. En dus loop ik even later wankelend de anderhalve kilometer naar haar huis om een middeltje tegen m’n pijnlijke lijf te halen.
Aan de keukentafel doe ik m’n verhaal van de avond ervoor. Haar medeleven werkt helend. ‘Waarom heb je niet gebeld? Dan hadden wij je naar de dokterspost gereden!’ zegt ze, ‘voor dat soort momenten hebben we tegenwoordig nu juist dezelfde postcode!’
Dankbaarheid overspoelt me. Dankbaarheid voor deze bijzondere vriendschap die al meer dan dertig jaar standhoudt. Dankbaarheid voor alle stormen die we samen hebben doorstaan. Dankbaarheid voor het feit dat we sinds twee jaar dezelfde postcode delen.
Ooit deelden we drie jaar lang hetzelfde huis. Ik zou het niet erg vinden dat we dat, als we eenmaal oude besjes zijn, opnieuw zouden doen, zodat we een beetje leven in de bejaardenbrouwerij kunnen brengen. Maar tot die tijd kan het niet idealer: m’n beste vriendin op een kwartier lopen afstand.
Niet dat we de deur bij elkaar platlopen. Er zijn wéken waarin we elkaar amper appen, laat staan ontmoeten. Maar alleen de wetenschap dat haar leven zich afspeelt op zo’n korte afstand is al genoeg.
De feestdagen houden we elkaar per app op de hoogte van elkaars wel en wee. We treuren om de dood van George Michael en halen herinneringen op aan het concert dat we een aantal jaren geleden samen bezochten. Net zoals we eerder in het afgelopen jaar die twee concerten van Prince memoreerden.
Man, man, man… wat hebben we samen al veel gedaan, veel beleefd, veel herinneringen gekweekt.
Ik ben niet zo van de goede voornemens, maar één ding neem ik me dit jaar voor: laten we dit jaar samen nog meer van die onvergetelijke herinneringen creëren, zodat we over dertig, veertig jaar in Huize Zielerust met zeeën van tijd het boek van onze vriendschap kunnen schrijven. Ik weet de titel al: We deelden dezelfde postcode…
Margreet Botter woont met man en zoon in het midden van Nederland. Ze werkte jaren bij Libelle, waar Franska haar baas was. In de loop der jaren bloeide er een voorzichtige vriendschap tussen de twee, die zich nog steeds aan het ontwikkelen is.