Dit heb je nodig
voor één persoon
- 150-200 g smaakvol rundvlees, bijvoorbeeld bavette
- 1 ansjovisfilet
- heel fijngesneden ui
- kappertjes
- heel fijngesneden zure augurk
- fijngesneden peterselie
- tomatenketchup
- Dijonmosterd
- tabasco
- worcestershiresaus
- 1 eidooier
- (mayonaise)
- zout
- drupje cognac
- (1 oester)
Zo maak je het
Draai het vlees door de grove schijf van de vleesmolen, of vraag de slager dit te doen. Leg de ansjovisfilet in een ijskoud diep bord en prak met twee vorken de ansjovis fijn, tot er geen stukjes meer zijn overgebleven. Voeg wat fijngesneden ui en wat kappertjes toe, van beide niet te veel en prak dit mengsel, zodat de sappen loskomen – nog steeds met die vorken want die gebruik je tot het einde.
Voeg dan een klein beetje augurk toe, wat peterselie, een flinke lepel ketchup en een lik mosterd. Prak dit door elkaar en schenk er vervolgens een klein scheutje worcestershiresaus bij en enkele druppels tabasco (tabasco en tomatenketchup verdragen elkaar zo leuk, volgens Joop). Maak van deze ingrediënten samen met de eidooier een saus. Voeg nu de mayonaise toe als je de tartare liquide wilt. Voeg dan het gemalen vlees en een klein beetje zout toe (let op, de ansjovis is ook zout) en prak het mengsel stevig door elkaar, zodat de ingrediënten zich goed mengen en het een smeuïg mengsel wordt. Dan komt het drupje cognac, echt maar een drupje en de steak tartare is klaar. Je kunt er nog een oester op serveren of erdoor mengen. Ook heerlijk!