Een leuk blauw huisje

 

Wieke raakt zo gewend aan nietsdoen, dat ze er best aan zou kunnen wennen

 

 

 

Ik zei het de vorige keer al: er gebeurt hier niets. Omdat wij niets doen. Dat laten we over aan Henk Krol en Annemarie Jorritsma, die zijn hier ook en dat is vast hard werken geblazen voor ze. Er zijn nog veel meer BN’ers in ons hotel. Wij, zo denkt Man, zijn de enige onbekenden hier. Daarom kijken al die bekende mensen ons aan met vertwijfelde blikken: waar kennen wij die lui van?? Zeggen we lekker niet.

 

 

 

 

Ondertussen raken we zo gewend aan nietsdoen, dat we er best aan zouden kunnen wennen. Ik heb zelfs al een leuk blauw huisje uitgezocht in de Penstraat. En die blauwe auto wil ik er dan natuurlijk bij. Ik was hier dertien jaar geleden voor het laatst, en 48 jaar geleden voor het eerst. Tussendoor ook nog wel een paar keer. Die Penstraat was ooit behoorlijk vervallen, maar ook uit-elkaar-val-huizen hebben charme. Ik denk dat de altijd wel aanwezige zon lelijke dingen mooi laat lijken. Zou het niet leuk zijn als dat met mensen ook zo was? Wat zou dat veel gebotox en ophijsgedoe schelen. De Curaçaose Monumentenstichting deed er wat aan. Aan de vervallen huizen dan, aan de mensen begonnen ze niet. Die zijn hier sowieso al leuk en mooi door hun gulle lach, vrolijkheid en gastvrijheid.

 

 

 

 

Wie zo’n bouwval opknapt krijgt subsidie, en zo staan er een aantal juweeltjes van huizen in knallende kleuren in de Penstraat. Blauw, geel, rood, groen. In een groen pand zit restaurant Rozendaels. Je mag er niet roken. Ook niet buiten. En wat heerlijk is dat. Je ziet dat de eigenaar van zijn restaurant houdt. ‘Wish it, dream it, do it’ staat er op een bord met twee vogels erboven. Aan de muren hangen kleurrijke, ijzeren leguanen. Vanuit de lucht zou je het niet zeggen, als je het eiland in zijn geheel ziet liggen, maar wandel er rond, en waar je maar kijkt zie je kleuren. Het weer gedraagt zich grillig, en dat vinden we mooi. De temperatuur is heerlijk, ook al stortregent het soms. Dat kan na twee minuten al afgelopen zijn en dan komt de hemel weer uitdagend blauw tevoorschijn.

 

 

 

 

Als ik denk aan dat mooie ‘wish it, dream it, do it’… dan heb ik de neiging om aan te bellen bij het blauwe huisje: ‘Meneer (want ik zag dat er een meneer woont), mag ik uw huis kopen? Het dondert niet wat het kost!’ Hij zou waarschijnlijk denken dat ik een Nederlandse gekkie was, die hier met gevaar voor eigen leven los rondliep. Ik laat het bij ‘dream it’. Het ‘wish it’ laat ik achterwege, en het ‘do it’ ook. Maar als ik vijftig jaar jonger was? Dan ging ik er voor: een bouwval kopen en veel verf. Voor nu: lekker uit eten bij restaurant Rozendaels. En over een week weer naar huis. Naar onze kinders en zes schattige kleinkinderen. Want die kinderen… dat was ook ooit ‘wish it, dream it, do it!’ Daar kan geen blauw huisje tegenop.

 

 

 

 

Door: Wieke Biesheuvel

Wieke Biesheuvel werkte en woonde zes jaar in Zambia, is nu voorgoed terug en probeert het Nederlandse leven weer onder de knie te krijgen. Waarbij ze beurtelings verbaasd, boos, dolgelukkig, verward of blij is.

Afbeelding van Wieke Biesheuvel