Egowattes?

 

Vandaag wil ik het hebben over egodystonie. Niet dat dat heel belangrijk is, maar ik kom het wel steeds vaker tegen.

 

En omdat ik tegenwoordig rekening moet houden met iedereen heb ik me er toch maar eens in verdiept. 

 

Egodystonie betekent dat iemand gedrag vertoont dat in conflict is met zijn of haar persoonlijke ideale zelfbeeld. En daarmee bedoelen ze dus niet dat mensen die graag aardig gevonden willen worden voortdurend anderen lopen te beledigen. Dát valt gewoon onder dom gedrag. 

 

Ook zij die graag willen scoren met grootse inzichten, maar daarvoor dan klakkeloos meningen kopiëren van figuren die niet openstaan voor andere invalshoeken vallen buiten de egodystonen. Want egodystonie betekent bijvoorbeeld bang zijn voor iets waarvan je eigenlijk wel weet dat je er helemaal niet bang voor hoeft te zijn. Ik noem hier maar even spinnen en muizen. Die rare angst is wel herkenbaar, toch? 

 

Spinnen in Nederland zijn namelijk NIET dodelijk! Dat weet jij, dat weet ik, en toch… je zou me moeten zien als er zo’n joekel door de slaapkamer rent. 

 

En ook zo’n zielig muisje, waarvan ik weet dat het eigenlijk banger is voor mij dan andersom, krijgt mij aan het rennen alsof er zojuist een tijger mijn huis is binnengeslopen. Heel raar! 

 

Mijn brein weet heus wel dat ik niet aangevallen ga worden door een spinnetje of een muisje – en tevens dat wanneer dat wél het geval zou zijn ik zeker de strijd zou gaan winnen – maar toch… 

 

Egodystonisch gedrag wordt soms verklaard door angsten uit het verleden, zeggen ze. Of erger: je oerbrein zet aan tot zulke handelingen. In een enge film zien we dinosaurussen binnenlopen en onze eerste gedachte is: wegwezen hier. Onzin natuurlijk, want we hebben nog nooit een echte dino ontmoet. Maar dat zou dus in ons DNA zitten, is dan de verklaring. En eigenlijk vind ik dat een heel slechte verklaring.

 

Ja sorry, eigenwijsheid is mij niet on-eigen. Heel dystonisch ook, want ik vind andere eigenwijzen vaak weer irritant. Maar goed, we zouden dus bepaalde angsten van onze voorouders hebben opgenomen in ons DNA. En daar zouden we dan naar handelen zonder dat we het nog aan onszelf kunnen uitleggen. 

 

Maar dan snap ik al die oorlogspelletjes weer niet! 

 

In Nederland wonen we met allemaal mensen wier voorouders wereldoorlogen hebben meegemaakt, of met nieuwe mensen die zijn gevlucht voor een huidige oorlog ergens anders. En dan zou je dus denken dat we de angst voor oorlogen wel in ons brein ingebakken zouden hebben, en oorlog graag willen vermijden. Toch? 

 

Maar nee hoor! We maken games en films waarin we lekker genieten van het afslachten van andere mensen, en die scènes worden bejubeld alsof het feestjes zijn. En dat snap ik dan echt niet. Ik kan er écht niet naar kijken als iemand overhoop wordt geschoten, maar ik geloof dat ik zo langzamerhand nog de enige ben die daaraan lijdt. 

 

Toch heb ik mazzel. Ik kan het namelijk nog ontwijken. Ik kan altijd nog besluiten om dan maar niet te gaan gamen, of niet naar de bioscoop te gaan. Ik kom met (alleen) mijn angst voor spinnen, muizen en schrijffouten dus eigenlijk nog best goed de dagen door. 

 

Ja, niet dat ik me aangevallen voel door een d’tje of een t’tje meer of minder, maar wel voor de reacties die daar dan vaak op volgen. En laten we wel wezen: een schrijffout in een stukje is nog niet eens zo definitief als de schrijffout van Orlando Bloom. Want oeps… Die tatoeëerde hem op zijn lijf. Brrrr. De horror! 

 

Maar écht egodystonisch gedrag kan dus nog veel erger!

 

Ik las vanmorgen namelijk ook nog over iemand die op de vlucht slaat bij het zien van een douchegordijn. 

 

Echt? Echt! 

 

Wat een ellende lijkt me dat. Want een eigen douchegordijntje meenemen, om op vakantie ergens een vies exemplaar te vervangen, dat gaat nog wel. 

 

Maar om nou steeds een hele douchedéur in je koffer te moeten proppen?!? Pffff… dat lijkt me dus heel lastig.

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke