Puinhoop
Miloe houdt niet zo van orde en al helemaal niet van met de stofdoek wapperen. Dat er dan af en toe iets kwijt is, neemt ze op de koop toe.
‘Kunnen we voortaan niet uit de wasmand gaan leven?’ Ik kijk mijn man vragend aan. Hij lacht. ‘Het is geen grap!’ zeg ik geïrriteerd. ‘Was in machine stoppen, was eruit halen, was in droger doen, was eruit halen, was opvouwen, was in kast leggen, een dag later dat keurig opgevouwen shirt uit kast halen, aantrekken, ’s avonds in de wasmand stoppen en het hele circus begint weer van voren af aan. Hoe zinloos wil je het hebben? Wassen en drogen oké, maar daarna pak ik m’n kleren wel uit de wasmand.’ Man snuift. Ik weet dat de stapels niet weggewerkte kleren op mijn kast hem een doorn in het oog zijn, net als mijn ontplofte onderbroeken- en sokkenla, maar na twaalf jaar relatie heeft hij het opgegeven om een punt te maken van mijn antipathie tegen het huishouden.
Helaas blijkt mijn romantische idee van een chaotisch huishouden in de praktijk neer te komen op een dagelijkse zoektocht naar van alles
Waterballon
Opruimen en schoonmaken, ik gruwel ervan. Niet alleen vind ik het eentonig en saai, orde en netheid staan voor mij gelijk aan een voorspelbaar, eentonig bestaan. Doe mij maar een gezellig, ongeorganiseerd zooitje, een huis dat vies mag worden, kinderen die vies mogen worden en een moeder die relaxed een boek leest tussen de rommel in plaats van met een stofdoek wappert. Helaas blijkt mijn romantische idee van een chaotisch huishouden in de praktijk neer te komen op een dagelijkse ‘waarismijnandereschoenhebjijdieoorringergensgezienenmijnsleutelslagen echtoptafelnetalsmijncreditcard’-zoektocht, die niet alleen stress oplevert maar ook tijd en geld kost. Er moeten maandelijks nieuwe bankpasjes en creditcards worden aangevraagd, ik betaal meer belasting dan nodig wegens kwijtgeraakte bonnen en koop wekelijks ladingen elastiekjes, pennen, notitieblokken en pannen. Ja pannen. Want niet alleen mijn huishouden is ongeorganiseerd, dat geldt ook voor mijn hoofd. En dus staat het gas nogal eens aan onder een pan als de inhoud er al uit is, moest de sapcentrifuge worden vervangen wegens een verkoold snoer (nee, ik had echt niet door dat-ie zo dicht bij de gaspit lag), was ik een paar honderd euro kwijt aan het droogmaken van mijn laptop omdat ik een waterballon boven het toetsenbord had dichtgeknoopt (nee, ik stond er niet bij stil dat dat ding uit mijn handen kon glibberen) en nam ik laatst snikkend afscheid van mijn gloednieuwe iPhone die in mijn achterzak zat tijdens een wc-bezoek.
Sportschoenen
‘Zou je ervan af willen, van je chaotische karakter?’ vraagt mijn trainer als ik zonder sportschoenen arriveer op mijn training. Ik kijk hem glazig aan. ‘Chaotisch kan ook een label zijn dat comfortabel voelt.’ Ik schud mijn hoofd. ‘Ik ben altijd zo geweest! Ik kwam als kind zonder racket bij tennisles, en als mijn hoofd niet aan mijn lijf vastzat, zou ik het ook vergeten, zei mijn moeder altijd.’ ‘Dat vroeg ik niet,’ zegt hij. ‘Wil je ervanaf?’ Ik denk aan nooit meer iets kwijt zijn. Aan een opgeruimd hoofd. Aan de tijd die ik overhoud. En het geld. ‘Ik denk het wel,’ stamel ik. ‘Oké. Stop dan eerst eens met zeuren over huishouden en doe gewoon wat moet gebeuren.’
Die middag vouw ik braaf de was op en leg het zonder morren in mijn kast. Ik vind zowaar een bij elkaar passend paar sokken. ‘Mag ik helpen?’, vraagt mijn vijfjarige dochter. ‘Tuurlijk,’ roep ik verrukt en schuif de wasmand haar kant op. Ze kijkt hoe ik een shirt opvouw en poogt hetzelfde te doen met haar stippenjurk.
‘Weet je mammie?’
‘Hmm,’
‘Ik vind dit zoooo gezellig!’