Praat jij makkelijk over geld?
Of ben jij van het type ‘dat gaat niemand iets aan’?
Mijn vader was een man van weinig woorden en nog minder geheimen. Iedereen mocht alles van hem weten. Ook als het om financiële aangelegenheden ging maakte hij van zijn hart geen moordkuil. Sinds ik las dat de manier waarop je met je geld omgaat en hoe je je daarmee verhoudt, vaak is ontstaan in je jeugd, snap ik waarom ik ook makkelijk over geld praat. Mijn hypotheek, oudedagsvoorzieningen – of beter het gebrek daaraan – hoeveel ik uitgeef aan eten, drinken, kleding, vakanties… vraag het me en je weet het.
Toch is dat in onze Nederlandse cultuur niet vanzelfsprekend. Van oudsher heerst er zelfs een taboe op vragen over iemands financiële zaken en is het absoluut not done om aan je buurman te vragen hoeveel hij verdient. Wie weet wordt het onderwerp geld wat losser nu er steeds meer geldrubrieken in kranten en tijdschriften zijn en er programma’s zijn waarin mensen hun hele financiële hebben en houwen op tafel moeten gooien in ruil voor wat raad en daad om er hopelijk weer bovenop te komen. Daarbij is armoede zo’n gemeengoed geworden dat je overal over kunt horen, zien en lezen dat er steeds meer crepeergevallen bijkomen.
Ongeacht je persoonlijke situatie, zo las ik in datzelfde stukje in de Volkskrant, is het wel degelijk belangrijk om over geld te praten. Maakt niet uit of het je partner, familie, vrienden of collega’s zijn, maar praten heeft in dit geval echt wel zo zijn voordelen. Zo kom je nog eens te weten welke keuzes anderen maken, waar anderen hun geld aan uitgeven – of juist niet -, of ze sparen, wat ze doen om de eindjes aan elkaar te knopen, of er een plan is voor de oude dag en of er beleggingstips zijn waar je eventueel iets mee kunt.
Zo verloor mijn vader ooit niet alleen zijn inleg maar héél veel meer van zijn kapitaal, toen hij zich had laten inpakken door een zogenaamde beleggingsadviseur van de plaatselijke Rabobank. Je hoefde hem niet eens naar zijn ervaringen te vragen, want het zat hem zo hoog dat hij er uit zichzelf ook wel over begon. De adviseur in kwestie nam hem dat niet in dank af. Maar sommige andere mensen wel, omdat die zich wel twee keer achter hun oren krabden voordat ze hun handtekening zetten. Dat soort dingen dus.