Niet naast je schoenen willen lopen

 

Potverdikkie, wat nu? Ik zal toch niet de hele vloer moeten opschuren en opnieuw lakken?

 

 

“Daarvan ga je naast je schoenen lopen! Deze mededeling schiet me weer te binnen als ik naar mijn vloer sta te staren en maar niet kan bedenken wat ik nu zie. Ik zie blauwe streepjes en bolletjes door de hele gang, op de trap en in de keuken. Wat is hier gebeurd?

 

Eerst probeer ik goed te duiden wat er wordt weergegeven. Verticale streepjes met hier en daar een horizontaal stukje naar links eraan. Aan de bovenkant. Of, nou ja … aan de onderkant als ik de tekens vanaf de andere kant bekijk. En zo ook rondjes met hier en daar een streepje eraan. Rechte streepjes en schuine streepjes. En ik kan er geen touw aan vastknopen.

 

Hoe komt dit hier, en wat zegt het? Is het een door aliens opgetekende boodschap? ET app home, of zoiets? Sta ik hier aan het begin van een grote buitenaardse operatie? Want het doet me ook denken aan de tekens die op mijn lijf werden gezet vlak voor een aantal operaties en de amputatie. Dan krassen ze ook je lijf vol met van alles waar je geen touw aan vast kunt knopen.

 

Zou ik het nog kunnen verwijderen? Ineens word ik praktisch. Niet alleen omdat ik het niet begrijp, maar ook omdat ik het geen gezicht vind. Rare blauwe strepen, all over the place, was niet wat ik bedacht had voor mijn mooie houten vloer. Ik wrijf dus met mijn vinger over een van de tekens, maar er gebeurt niets. Ik pak een vochtig doekje, en ook daarmee krijg ik het niet van de vloer af.

 

Potverdikkie, wat nu? Ik zal toch niet de hele vloer moeten opschuren en opnieuw lakken?

 

En wat is het toch?

 

En dan schiet dus de mededeling van mijn dochter me te binnen! Dat ik naast mijn schoenen zou gaan lopen. Ik had nieuwe sloffen gekocht, omdat ik door de chemo aan neuropathie lijd. Dat is een erg pijnlijk gevoel aan je tenen en vingers, die nimmer meer warm lijken te voelen. Ik ben dus al weken op zoek naar iets dat mijn voeten verwarmt op een aangename manier, en dacht dat gevonden te hebben in hele dikke sokken van alpacawol met daaronder een verharde zool van kunstleer. Het leek mij ideaal toen ik ze in mijn karretje gooide in de supermarkt.

 

Maar bij thuiskomst wees mijn dochter me erop dat ik zoiets al tachtig keer geprobeerd had met allerlei andere soksloffen. En dat bij deze constructie altijd de zool onder mijn voet vandaan loopt en dat ik dan dus heel raar scheef naast mijn zolen ga lopen en mijn voeten gewoon koud blijven.

 

O ja, dat was ook zo.

 

Maar ik ben niet voor één gat te vangen, dus ik dacht dat nu te voorkomen door steeds dezelfde voet in dezelfde sok te steken. Zodat die min of meer in model zou blijven en dan dus de zool mooi onder mijn voet zou blijven en niet zou gaan wijken. En dus zocht ik een mooie blauwe permanent marker en schreef op mijn linkerzool een L en op mijn rechterzool een R. Daarna trok ik mijn sokken weer aan en liep de trap af, door de gang, naar … juist: de keuken.

 

En daar realiseerde ik me dat je permanent markers altijd even moet laten drogen. En ook realiseerde ik me dat ik nu dus overal L, R, L, R, L, R in spiegelschrift door mijn hele huis had gekalkt op de houten vloeren. Oei!

 

Maar het is er weer af, hoor! Met een schuursponsje, heel voorzichtig, is het gelukt.

 

Alleen heb ik nu wel pijn in mijn knieën, in plaats van mijn tenen.”

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke