Marlies ging naar bed met de man van haar beste vriendin
Ze had haar schuldgevoel op moeten vreten. Maar daarvoor is het nu te laat.
‘Du moment dat we elkaar voor het eerst ontmoetten waren we meteen beste vriendinnen. Herkenning noemden we dat. Een thuiskomen alsof we elkaar al eerder hadden ontmoet, wat waarschijnlijk in een vorig leven was, zeiden we. Allebei een guppy waren we nog. Vers uit de provincie en grenzeloos onzeker in de grote stad. Alleen dat al schiep een band en die band zou voor het leven zijn, hadden we elkaar plechtig beloofd.’
‘Totdat zij een keer een paar dagen bij haar ouders was – wat ik niet wist – en ik spontaan even langsging bij haar huis waar ik alleen haar man aantrof. Wijntje? Lekker, leuk. En daarna nog één en toen even samen naar het café, want aan gespreksstof tussen ons was nooit gebrek geweest. We zakten samen behoorlijk door, daar in dat café. Naar huis rijden was geen optie meer, dus ik bleef slapen. Omdat ik dat wel vaker deed, was dat nog tot daaraantoe geweest. Alleen liep het gierend uit de klauwen tussen ons en belandden we in één bed – hun bed. We gingen ver. Veel te ver.’
‘Niets tegen haar zeggen. Dat is wat we de dag erna afspraken. Dit was hoogverraad en dat zou ze niet trekken. Daarbij zou het ons never nooit meer overkomen dat we zo gruwelijk in de fout gingen. De kater na die avond was groot. Zo groot dat ik haar voorlopig door schaamte en schuldgevoel niet meer recht in haar ogen kon kijken. Ik dacht erover om eerlijk tegen haar te zijn, want alleen dat zou mijn geweten zuiveren.’
‘Haar blik toen ik het haar vertelde, sneed dwars door mijn ziel. Ongeloof, verbijstering, diepe ontgoocheling en vooral pijn. Ze stuurde me weg, zei dat ze me nooit meer wilde zien. Ik maakte het nog erger door te zeggen dat hij, haar man, er ook bij was geweest en net zo schuldig was als ik. Dat was wreed van me. Want wat moest ze doen? Hem ook de deur uit zetten?’
‘Een tijd hoorde ik niets. Toen, op een dag, belde ze. Ze belde om te zeggen dat ze met haar man had gesproken. Die had gezegd hoe het echt zat. Dat ik er alles aan gedaan zou hebben om hem te verleiden. En ze geloofde hem, zei ze. Ik begreep dat ze hem wel móest geloven. Want als ze dat niet deed zou ze haar conclusies moeten trekken. Dat laatste gebeurde overigens een jaar later alsnog. Ik hoorde het via via. En ik wist dat het door het wegpoetsen van mijn schuldgevoel was dat ze niet alleen mij, maar ook haar man was kwijtgeraakt. Ik had mijn schuldgevoel op moeten vreten. Maar daarvoor is het nu te laat.’
\
‘Misschien heb je dit artikel al eerder gelezen op Franska.nl. Omdat we blijven groeien willen we deze mooie verhalen ook graag delen met onze nieuwe lezeressen.’
Marlies ’naam is vanwege privacy gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.
Moet jou ook iets van het hart en wil je dat (anoniem) met ons delen? Stuur dan een mail naar info@franska.nl onder vermelding van ‘Dit moet ik even kwijt’.