Ik ga even kijken wat je allemaal staat te maken. Wil je een kopietje voor me maken? Dan ga ik dat thuis ook een keer maken. En zo zit ik na een etentje bij ons thuis altijd met administratieve werkzaamheden. Daar heb ik het volgende op gevonden: ik ga niets meer kopiëren of mailen, iedereen kan deze maand hier terecht. Vandaag de lekkerste aardappeltjes van het westelijk halfrond. Zijn bijna overal lekker bij: kip, rollade, vis, salade, maakt niet uit. Ik leerde ze in Italië maken. Je neemt vastkokende aardappeltjes. Net zoveel als je denkt nodig te hebben. Ik kies altijd kleintjes en dan 3 per persoon. Komt ie:
Dit heb je nodig
- 3 vastkokende aardappeltjes per persoon
- een halve teen knoflook per persoon (schilletje gewoon eromheen laten zitten)
- een takje rozemarijn
- blaadjes verse salie
- zout
- olijfolie
Zo maak je ze
Eerst even de oven op 200 graden zetten.
Aardappeltjes schillen, in blokjes snijden ter grootte van een ouderwetse pepernoot (je weet wel, die waar ze mee strooiden vroeger, taai-taai-achtig), in een kom doen, mengen met in tweeën gesneden teentjes knoflook, paar toefjes rozemarijn, blaadjes kapotgescheurde salie, 2 eetlepels olijfolie en zout. Goed omscheppen. En dan ‘enkel-laags’ uitspreiden in een kleine of grote braadslee. Makkelijkst is een anti-aanbak-slee. Ik leg ook weleens bakpapier in de slee. Werkt ook goed. Na 30 à 40 minuten zijn ze lekker goudbruin en dus klaar.
