Snap jij het?
Hoe deden we het?
Lisette weet niet meer hoe ze dat vroeger nou voor elkaar kreeg, dat moederen en werken.
Hoe doen werkende moeders het? Kinderen en werk combineren… Jarenlang heb ik het zelf gedaan. Ik was zelfs alleenstaand werkende moeder, kostwinner, de hele rataplan. Ik schreef er vele artikelen over voor feministisch getinte vrouwenbladen. En ik heb ooit zelfs aan een boek meegewerkt getiteld ‘Werk & Moederschap’ waarin ik de loftrompet blies over die combinatie. Ik was overtuigd: je bent een leukere moeder als je werkt, want je hebt nog een interessant eigen leven naast het zorgen. En je bent een minder fanatieke werker als je moedert, want je gezin gaat toch voor. Minder fanatiek is beter, meer ontspannen. Dus het mes smeert de boter aan beide kanten, bij wijze van spreken.
Maar nu ik door omstandigheden de laatste tijd veel kleinkinderen over de vloer heb, begrijp er helemaal niets meer van. Hoe doet een mens dat?
Kijk. Ik kan intens genieten van het grootmoederen. Ik doe graag boodschappen, ik kook met plezier, ik vind opruimen niet erg, voorlezen enig, ik zorg en redder dat het een lieve lust is. Zo heel af en toe schiet er een gedachte voorbij: er was iets met werk… Deadlines… Een artikel of zo… Blogje moet eigenlijk ook… Wat was dat ook weer precies? Meteen neemt een of andere veel belangrijker kwestie het weer over in mijn hoofd: wat zal ik doen met de rijst die over is? Nasi van maken? Wat heb ik daarvoor nodig? En hoe krijg je kinderkleren eigenlijk schoon? Niet op 40 graden met fijnwasmiddel zoals ik gewend ben tegenwoordig. Als ik dat doe met de spullen van mijn kleinkinderen zitten alle vlekken er gewoon nog in, alleen een beetje vervaagd. Moet ik ze voorbehandelen met ossengalzeep, of wassen op een hogere temperatuur met ander wasmiddel?
Ik heb gewoon niet genoeg ruimte in mijzelf voor die twee werelden tegelijk
Omgekeerd, als ik probeer te werken en er komt een kind binnen dat om aandacht vraagt, voel ik direct een heel vervelend gevoel in mijn buik, in mijn hele lijf. Een vaag maar onaangenaam onbehagen, een onbenoembare ergernis, alsof ik niet meer met mezelf samenval, alsof ik in tweeën word gespleten.
Ik heb gewoon niet genoeg ruimte in mijzelf voor die twee werelden tegelijk. Was dat vroeger dan anders? Of heb ik toch mijn kinderen verwaarloosd? Mijn werk oppervlakkig gedaan? Ben ik jarenlang totaal aan mijzelf voorbij gerend? Of allemaal tegelijk, een beetje?
Grote, bange vragen. Ik snap er echt helemaal niets van. Hoe doen jullie dat?
Lisette Thooft noemt zichzelf ‘lijf- en schrijfcoach’. Ze schrijft al jaren voor vrouwenbladen en spirituele tijdschriften en is auteur van 17 boeken over persoonlijke ontwikkeling. Daarnaast is ze singer-songwriter, in opleiding tot rebalancer, moeder en grootmoeder.
www.lisettethooft.nl