Na het lezen van het bericht kwam de nachtmerrie bij Melissa terug

 

Maar eigenlijk was die nooit weggeweest

 

‘Toen ik van de week het bericht las, was ik meteen weer terug bij af. Het bericht kondigde het begin van een rechtszaak aan. De jongen was achttien toen het gebeurde en hij had geen rijbewijs. Het kindje dat hij aanreed had het niet overleefd. Het leven van de ouders is sindsdien verwoest. Het verdriet over het verlies van hun dochter zal nooit slijten. Ik keek naar de foto van de moeder en ik zei tegen mezelf dat het altijd nog erger kan.

 

Het kan altijd nog erger! Maar ik wist dat er geen verzachtende omstandigheden zijn voor wat ik toen veroorzaakte. Net zoals ik weet dat niets en niemand een einde kan maken aan die nachtmerries. Die beginnen er altijd mee dat we de auto gierend van de lach in beweging hebben weten te krijgen. We, dat zijn mijn vriendinnetje en ik. We zijn een jaar of vijftien en we vervelen ons te pletter. ‘Kom,’ zegt ze, ‘we gaan autorijden!’ Ik zeg dat we dat helemaal niet kunnen, maar klim toch achter het stuur. Het is de Volkswagen Kever van mijn ouders. Hij staat keurig geparkeerd voor de deur van ons huis. Ons huis staat bovenaan de heuvel.

 

Ik pak het stuur vast en maak met mijn mond geluiden die het starten van een motor moeten voorstellen. En dan, zonder te weten wat ik doe, rommel ik wat aan de handrem. Het rommelen wordt rukken en dan gebeurt het: heel langzaam komt de auto in beweging. We gillen het uit van de schrik en gaan nog harder gillen als de auto steeds sneller naar beneden de heuvel af, het dorp in rolt. Het moment dat we weten dat het fout gaat duurt in onze beleving heel lang. Zo lang dat ik er nog steeds nachtmerries over heb. We krijsen naar elkaar dat we iets moeten doen – ‘Doe iets!’ – zonder te weten wat. En dan is er die klap en komt de wereld voor onze ogen tot stilstand. Geen beweging, geen geluid. Aan de overkant van de straat staat een vrouw met haar hand over haar mond gevouwen van ontzetting. En dan wordt alles donker om ons heen. Zo donker alsof er niets gebeurd is.

 

Maar dat is er wel. Want voordat we tegen de gevel van de buurtsuper op de hoek tot stilstand kwamen ramden we een fietser. De meneer van de fiets was al best oud. Maar nog jong genoeg om te fietsen en dat deed hij, zo weet het hele dorp, elke dag. Maar na die dag zou hij nooit meer fietsen. Na die dag zou hij ook nooit meer lopen. Want zijn benen waren klem komen te zitten tussen de bumper en een geparkeerde auto en daardoor zouden zijn benen het nooit meer doen en moest hij zijn fiets verruilen voor een rolstoel.

 

Na het lezen van het bericht maakte ik ’s nachts weer die weerzinwekkende rit in mijn ouders’ Kever door. Als de klap komt word ik wakker. Dat is altijd zo. Pas als ik wakker word zie ik de gevolgen voor me. De man in zijn rolstoel en de blikken van de mensen in het dorp als ze me zien. Die blikken zullen nooit overgaan. Ze zijn net zo onomkeerbaar als de dwarslaesie van de meneer die we aanreden.’

 

Melissa’s naam is vanwege privacy gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.

 

 

Moet jou ook iets van het hart en wil je dat (anoniem) met ons delen? Stuur dan een mail naar info@franska.nl onder vermelding van ‘Dit moet ik even kwijt’.