Kijk haar!
 

OMG! Het zal je maar gebeuren. In Amerika was een vrouw die, in plaats van haarlak, superlijm in haar haar spoot. Superlijm, bedoeld om steen- en metaalsoorten aan elkaar te lijmen!

 

 

Tsja, we kennen het allemaal, toch? Zo’n plukje dat mateloos irriteert. Dat honderd keer per dag nét even de andere kant op wijst dan naar waar jij het wilt hebben. Bij een mooie knot wijst het naar de grond, bij loshangend haar naar het plafond, en bij een strakke staart wenst het altijd (horizontaal) links- of rechtsaf te gaan. Het past nét niet in een elastiekje, maar het weigert ook om sierlijk naar beneden te krullen. Of om gewoon achter je oor te blijven. En dan wil soms een beetje haarlak nog weleens helpen, maar meestal eigenlijk niet. Er is vaak gewoon geen land mee te bezeilen, en dus hoor ik mezelf dan ook weleens roepen: ‘Als je nu niet onmiddellijk doet wat ik zeg, dan knip ik je af, of ik lijm je vast met superlijm.’

 

Maar dat ga ik na het lezen van dit stuk dus nooit meer roepen! Want Tessica Brown deed dat! Al was het per ongeluk, zij lijmde het plukje vast! Zij dacht een bus haarlak te gaan kopen, maar haar merk was uitverkocht. En toen… nou ja… toen koos ze maar een ander merk. Je kent het wel: haast, chagrijnig, mondkapje misschien, dus beslagen brillenglazen ook nog. Ik weet niet wat er allemaal aan voorafging, maar Tessica besloot, koos, betaalde, en toog ermee naar huis.

 

O, dat gevoel dat zij gehad moet hebben toen ze op het spuitje drukte. Zo! Even alles netjes vastzetten. Je voelt je zo machtig met zo’n bus!  

 

En dan het resultaat… Dat eerste moment dat je je realiseert dat het nu wel héél erg vast zit. Dat ook dat ene plukje, dat altijd onder de kracht van je haarlak uit weet te komen, nu ineens wél blijft zitten! Superspul, denk je nog.

 

En dat blijkt het dan ook te zijn. Het wordt een soort betonblok. En je kunt niet meer lopen, omdat je te veel wind vangt. Niet meer slapen, omdat je niet fijn op je kussen ligt. En een ander modelletje zit er voorlopig ook niet meer in.

 

En voor hoelang? Je weet het niet! Als je een baksteen had willen vastzetten, had het waarschijnlijk nog drie keer over gemoeten, omdat je de bus niet goed had geschud, het tuutje niet goed had gericht, te zuinig had gedoseerd, te lang gewacht, of gewoon omdat het tóch niet zulk goed spul was als ze in het reclamespotje beloofden.

 

Maar nu? Je hebt geen idee hoe je die zooi ooit nog uit je haar krijgt.

 

Och, de paniek die deze dame gevoeld moet hebben!

 

En dan moet je dus nog naar het ziekenhuis, waar het ook niet lukt. En daar ontgaat je alles, behalve het gegiechel van iedereen die een poging komt doen om jou te helpen. O, dit gun je toch niemand?

 

Of, nou ja… je kunt natuurlijk altijd wel iemand bedenken die je dit geintje zou gunnen. Maar uiteindelijk mag je dit zelfs je ergste vijanden niet toewensen, toch? Dus die ene Pieeeep (we noemen haar Spuit Elf), die steeds maar weer haar ongenuanceerde commentaren blijft spui(t)en, die stuur ik toch maar niet zo’n bus op in cadeauverpakking. Want da’s flauw.

 

Al kan ik wel dromen van het resultaat!

 

Maar het is beter om gewoon maar lak aan haar te hebben, denk ik.

 

Dus dan doe ik dat maar.

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke