‘Ik had nooit echte herinneringen aan mijn moeder en ik heb haar ook nooit gemist’

 

‘Totdat ik achttien werd en een doos van haar kreeg.’

 

 

 

‘Mijn moeder werd gediagnosticeerd met borstkanker toen ik nog niet eens kon lopen. De tumor was al uitgezaaid toen ze het hoorde en het kwam erop neer dat ze meteen haar doodvonnis kreeg. Toch heeft ze er nog alles aan gedaan om haar leven zo lang mogelijk te rekken. Want ik was nog zo klein dat ze nog geen afscheid van me kon nemen – zo gaat het verhaal. Feitelijk heb ik geen enkele echte herinnering aan haar, want ze overleed een paar weken na mijn tweede verjaardag.

 

Mijn vader hertrouwde een paar jaar na mijn moeders dood. Zijn nieuwe vrouw werd mijn moeder en de kinderen die zij samen kregen mijn zusje en broertje, waarbij ik moet zeggen dat mijn nieuwe moeder nooit enig onderscheid heeft gemaakt tussen mij en haar twee biologische kinderen. Het is misschien gek om te zeggen, maar ik miste mijn moeder nooit echt en behalve haar foto op mijn nachtkastje was ze zelden in mijn gedachten.

 

Tot de dag dat ik achttien werd en mijn vader mij een doos overhandigde. ‘Van mamma’ stond erop. ‘Voor mijn allerliefste kleine meisje van de wereld.’

 

Er zat een haarlok van haar in. Stukjes stof van kleding die ze had gehad – ‘zo weet je welke patroontjes en kleurtjes ik leuk vond.’ Een T-shirt van haar, waar ze een briefje bij had gedaan waarop ze schreef dat ze het heel lang had gedragen maar dat haar geur waarschijnlijk al lang vervlogen zou zijn tegen de tijd dat ik achttien was en deze doos zou krijgen, dus dat ze daarom haar favoriete luchtje er ook bij had gedaan. Verder al haar sieraden – de ringen, kettinkjes en oorbellen en haar horloge -, een fotoalbum bomvol foto’s van haar en mij en pappa, en brieven. Heel veel brieven. Elke dag sinds de diagnose had ze er een geschreven. Zo’n driehonderdzeventig in totaal. In het begin van soms wel tien kantjes, tegen het einde heel kort en met een handschrift dat bijna onleesbaar was geworden.

 

Dagen, weken zat ik op mijn kamer. Ik las en ik huilde, ik las en ik huilde. Omdat ze me vanuit de grond van haar hart het allerbeste toewenste, omdat ze zoveel van mij hield dat haar hart er pijn van deed, omdat ze verteerd werd door verdriet bij de gedachte dat er misschien wel ooit een andere vrouw zou komen die haar plaats in zou nemen en dat ze zo bang was dat die het nooit zo goed kon doen als zijzelf.

 

Sinds die doos heb ik twee moeders. Sinds die doos mis ik ‘mamma nummer 1’ zoals ik haar ben gaan noemen. Sinds die doos heb ik voor het eerst om haar gehuild en is ze een echt mens voor me geworden in plaats van een schim uit mijn verleden. Met die doos heeft ze zichzelf postuum tot leven gewekt. Want dat is zoals het voelt en dat is, ondanks mijn verlate tranen, ook een enorme rijkdom.’

 

 

‘Misschien heb je dit artikel al eerder gelezen op Franska.nl. Omdat we blijven groeien willen we deze mooie verhalen ook graag delen met onze nieuwe lezeressen.’

 

Er is veel over te vertellen, over moeders en dochters. Daarom hebben we er een reeks van gemaakt waarin elke week andere moeders en/of dochters aan het woord komen. Allemaal met relaties waar we ons aan kunnen spiegelen, in kunnen verdiepen, over kunnen verbazen, van kunnen genieten en van kunnen leren.

 

Heb jij een moeder-dochterverhaal dat je wilt delen? Dat kan ook anoniem. Als je mailt naar info@franska.nl onder vermelding van ‘moeders en dochters’ nemen wij contact met je op.