Hoe lang moet ik het graf van mijn ouders nog intact houden?

 

Ik denk namelijk dat het z’n langste tijd wel gehad heeft.

 

 

 

Meer dan veertien jaar geleden werd, door het overlijden van mijn moeder, het graf ingewijd waar later ook mijn vader werd bijgezet. Pa had er haast mee gemaakt na mijn moeders overlijden, want hij vond het wel welletjes nu hij het in zijn eentje moest zien te stellen. Twee jaar na mijn moeder was het al zover. Hij had het nota bene van tevoren aangekondigd, dat hij het de hoogste tijd vond om zijn Anna achterna te reizen. Voor zijn reis had hij alles keurig voorbereid en in orde gebracht. Ook de plek waar hij met zijn Anna herenigd zou worden, want de grafrechten had hij voor een behoorlijk tijdje vooruit betaald.

Die plek werd mijn bedevaartsoord. De laatste plek om naartoe te gaan nu mijn ouderlijk huis er niet meer was en er niets en niemand meer over was in mijn geboortedorp. Elke keer als ik de blauwstenen, uitgesleten trappen van het kerkhof beklom, voelde ik een rare tinteling en als ik, hurkend bij hun graf, stilletjes tegen ze begon te praten, voelde ik me op een rare manier getroost. Dat was gek, vond ik. Want tegelijkertijd was er geen enkele andere plek waar ik me zo verweesd voelde en waar het gemis zo tastbaar was als uitgerekend bij hun graf.

Lange tijd was er die behoefte om steeds weer terug te gaan. Als het even kon, nam ik verse lavendel mee om op hun graf te planten. Net zoveel en net zolang totdat er een klein lavendelveldje was ontstaan waar je in de zomer de bijen kon horen zoemen en de vlinders kon zien fladderen. Ze zouden zeker opgetogen zijn bij het zien ervan, die vader en moeder van mij!

Ik weet al een tijdje dat er iets veranderd is en dat het waarschijnlijk de bedoeling is dat er nog meer moet veranderen. Het heeft ermee te maken dat het verstrijken der jaren de scherpe rouwrandjes eraf heeft gesleten. En dat heeft er weer voor gezorgd dat die speciale gedenkplek zijn functie zo goed als heeft verloren. Ik heb het niet meer nodig om daar speciaal naartoe te gaan om ze te gedenken, want ik gedenk ze elke dag.

Ik kom er heus nog wel eens nu en dan. Al was het maar om het lavendelveldje een beetje te fatsoeneren. Maar van stilletjes tegen ze praten komt het niet meer. Net zo min als van afscheid nemen als ik me omdraai om de uitgesleten kerkhoftrappen weer af te dalen. Ze zijn immers toch altijd bij me, mijn vader en moeder. Waar ik ook ben en wat ik ook doe, ze gaan altijd met me mee.

Daarom denk ik dat hun graf zijn langste tijd gehad mag hebben. Mijn vader had bedacht dat dat over een goed jaar is. Want tot die tijd heeft hij de rechten betaald toen hij zijn afscheid voorbereidde.

 

 

 

 

Door: Brigitte Bormans

Brigitte werkte jarenlang als culinair journalist en schreef twee kookboeken. In 2004 werd ze directeur/eigenaar van Erfgoed Logies. Maar zonder schrijven kan ze niet. Gelukkig zag Franska wel iets in haar columns, kwam van het een het ander en mag er nu ook over andere zaken worden geschreven.

Afbeelding van Brigitte Bormans