Het leed dat Schiphol in vakantietijd heet
Je zal er maar gestaan hebben. Gisteren in die eindeloze rij op Schiphol. Dacht je lekker op vakantie te gaan, kon je niet weg omdat je vliegtuig geen kerosine kon bijtanken.
Dat Schiphol moeite heeft om al die passagiers te verwerken is al langer bekend. Maar er hoeft maar iets te gebeuren en de luchthaven barst uit zijn voegen. Gisteren was het weer zover.
Onze vrienden M. en B. waren op weg naar Portugal. Maar bij aankomst op Schiphol bleek dat er een probleempje was. Ergens zat er een kink in de kerosineleiding en hebben ze tot diep in de nacht moeten wachten tot hun vliegtuig zou vertrekken.
Ze wonen zo ongeveer naast de Vijfde Baan van de luchthaven en konden naar huis lopen, in afwachting van de nieuwe vertrektijd. Maar ze bleven toch maar wachten in die eindeloze rij. Want misschien gebeurde er een wonder en konden ze alsnog vertrekken. M. had er eerlijk gezegd ook niet zo’n trek in om de nacht door te brengen op een veldbedje in de vertrekhal.
Voor de pechvogels die gisteren dus helemaal niet meer vertrokken werd het extra zuur. Zij hebben namelijk helemaal geen recht op teruggave van de betaalde ticketprijs. Deze storing valt namelijk onder de ‘buitengewone omstandigheden’ die een luchtvaartmaatschappij niet had kunnen voorkomen.
En woon je, zoals M. en B. niet in de buurt van Schiphol, dan moest je ook nog eens zelf een overnachting boeken. Normaal gesproken regelen de vliegmaatschappijen een hotelkamer voor de gestrande reiziger. Maar vanwege die buitengewone omstandigheden moet je die kamer nu zelf betalen.
Begin er maar aan. Je zou maar met je gezin met drie kinderen op vakantie gaan. Drie hotelkamers boeken in de buurt van Amsterdam, in het hoogseizoen. En je bent niet de enige die op zoek is. Want die paar duizend andere gestrande reizigers wilden natuurlijk ook plek om te overnachten.
Dan ben je dus dubbel de Sjaak… Geen vakantie, geen bed en een lege portemonnee.