Help! Kon hij me zien?

 

 

Beatrijs wist niet wát de man met die donkere stem zei, wel wist ze dat dit niet klopte.

 

 

‘Nostrovv jezzzjj, morsjjoe zjjjaa.’ Ik keek om me heen in mijn werkkamer. Waar kwam die stem nou ineens vandaan? Met al mijn Slavische-talenkennis (weinig) leek het op Russisch. Met al mijn kennis over geile mannen (genoeg), leek het op geil. En met al mijn digikennis sloot ik mijn internetverbinding met gierende spoed en trillende vingers.

 

Zijn stem kwam uit mijn laptop! Wat deed hij daar? Kon hij mij zien!? Wat kon hij nog meer zien? Wat kon hij met mijn documenten doen? Ik voelde me – en misschien klinkt dat veel te heftig voor iemand bij wie dit ‘in het echt’ gebeurd is – aangerand. Digitaal aangerand, als dat een term is.

 

Zelf wilde ik m’n laptop direct vernietigen, maar op aanraden van minder paniekerige mensen paste ik mijn wachtwoorden aan, plakte een Shaun-het-schaap-pleister voor het oog van de camera en kocht ik de beste anti-virusscanner ever. Geen Rus meer op schoot gehad, sindsdien. Hoop ik. Want je weet het eigenlijk niet zolang zo’n viespeuk zich een beetje gedeisd houdt.

 

Ook m’n iPhone is niet veilig, las ik net. Met spyware (nee, geen tips hier, lees Knack maar over een net uitgekomen film) kan een gluiperd live je hele handel en wandel volgen: van de gesprekken met je man over je belastingaangifte tot de foto van je kleine meisje in bad. En dus ook beeld (charming deel I) en geluid (charming deel II) als je bijvoorbeeld op de wc zit – voor veel mensen toch dé plek om ongestoord te Facebooken.

 

En nu heb ik dus een wc-papiertje voor mijn iPhone-camera. Je moet toch iets tegen die shit.

 

 

Beatrijs Bonarius is tekstschrijver & eindredacteur. Een mediavreter, zoals ze zelf zegt. Met een vrolijke, scherpe blik – en dito toetsenbord – kijkt ze voor Franska naar de actualiteit.