In de spiegel zag ik het meisje met haar ogen rollen
Mensen afluisteren, Elise vindt het nog leuker dan Facebookfoto’s van vrienden van vrienden van vrienden bekijken. Tot ze er zelf het slachtoffer van wordt.
‘Jezus, hoe reageerde Vincent?’ zegt de jonge vrouw naast me.
‘Vincent wéét het nog helemaal niet,’ antwoordt haar moeder.
Ik ben in Ikea en doe wat ik altijd doe: mensen afluisteren. Een nadeel daarvan is dat je met een hoop vragen blijft zitten. Zoals in dit geval: wie is Vincent? En waarop moest hij reageren? Op dat moment slaan de liftdeuren dicht. Als ik de vrouwen bij de verlichting weer tref, hebben ze het al over iets anders. Ik moet me beheersen om hen niet met een uit het schap gerukte Førsa bureaulamp tot confessie te dwingen: ‘Wát weet die arme jongen niet? Vertel op!’
Wildvreemden afluisteren is even onzinnig als doorklikken op vakantiefoto’s op de Facebookpagina van vrienden van vrienden van vrienden. En daar weer het lelijke 13-jarige neefje van. Of een ‘twitterfittie’ over een onderwerp waar je niets mee hebt tot op de bodem uitzoeken. Ik weet het, maar het is sterker dan mezelf.
Laatst was ik met een vriendin in het ideale afluisterrestaurant: je zit er nog net niet bij elkaar op schoot. En – belangrijk detail – er is een spiegelwand zodat je zonder opvallend te staren ook een beeld hebt bij je verhaal. Naast ons zat een verliefd stel, zo tussen puber en student in. Ze spraken helaas op fluisterende toon, ik kon niets verstaan. Wij daarentegen waren voor hen letterlijk te volgen.
Ze gaan weg vanwege ons,’ siste ik
We babbelden vrolijk over de dingen die ons op dat moment bezighielden. Te weten: kots, diarree en hele kauwgomballen die de KNO-arts uit de oren van onze kinderen haalde. Om zonder noemenswaardig bruggetje uit te komen op ontsteking veroorzakende pessariums en de voor- en nadelen van de Mirena-spiraal.
Het werd steeds stiller bij de buren. Het verliefde stel was maar met één ding bezig. Ons gesprek. In de spiegel zag ik het meisje regelmatig met haar ogen rollen. De jongen slurpte balorig expres uit zijn waterglas, wat hem op een: ‘Nou, lekker smakelijk,’ van mijn vriendin kwam te staan. Niet veel later vroegen ze aan de serveerster of ze hun koffie ergens anders mochten drinken.
‘Ze gaan weg vanwege ons,’ siste ik.
‘Echt waar? Zo hard spraken we toch niet?’
’Nee, maar ze luisterden ons af.’
‘Nou jaaaaa! Wie luistert er nou een gesprek af in een restaurant. Dat doe je toch niet?’
Ik schudde verontwaardigd mijn hoofd. ‘Nee. Dat dóe je gewoon niet.’
Elise van der Velde is freelance copywriter, schrijft een roman en probeert dit alles zo gracieus mogelijk te combineren met haar gezin van vijf. Geen huisdieren, dat moest er nog bijkomen.