Een citroen­geranium als relatie­bewaker

 

Wieke heeft een serieus gesprek met een citroengeranium

 

 

 

‘Koop mij dan!’ fluisterde de citroengeranium zwoel, tussen andere citroengeraniums in het tuincentrum. ‘Alleen als je niet doodgaat’, fluisterde ik terug en zette hem in mijn kar. 

 

De citroengeranium is belangrijk voor me. Zal ik het uitleggen? Zo’n 43 jaar geleden waren Man, toen nog een vriend met wie ik niks romantisch dacht te hebben, en ik gebrouilleerd. Hij wilde mij niet meer zien. Omdat hij wel romantiek in zijn hoofd had en ik nog niet. Toen zag ik ineens het licht en dat was het moment waarop ik dacht: ‘O jee, nu heb ik de leukste man van de wereld zomaar laten lopen voor iemand op wie ik eigenlijk al uitgekeken ben…, ik lijk wel gek!’ Maar ja, hij was consequent. Toen en nog steeds. We zagen elkaar niet meer. Hoe moest het nou verder met mijn nu erg saaie leven? Ik zou gewoon naar Afrika gaan, nam ik me voor. De groeten, de wereld was groot en ik had echt geen man nodig om gelukkig te zijn. Dat soort inwendige prietpraat. 

 

Op een avond, toen ik thuiskwam na een feestje, hing er een plastic zak aan mijn voordeur. Met daarin een citroengeranium en een briefje. Het briefje heb ik nog. Van de inhoud moest ik op dat late uur enorm dansen en zingen door mijn kamer, want Man wilde het weer goedmaken.

Die citroengeranium was een stek van zijn eigen plant en hij had me die stek ooit beloofd, toen we nog vrienden waren. Ik koesterde de plant, uit bijgelovigheid, want als die plant dood zou gaan, was het vast ook gedaan met de relatie. Ik ging wel naar Afrika, maar Man zorgde voor mijn plant en na een paar maanden was ik weer terug, want je moet keuzes maken in dit leven. En er achter blijven staan. Wat meespeelde was dat Man zei dat het fijn zou zijn als ik niet te lang wegbleef. 

 

De plant leefde nog toen ik thuiskwam uit Kenia en verhuisde mee naar onze eerste woning in Amsterdam. Vervolgens ging hij mee naar Groningen en Almelo. En daar overleefde hij de verfdampen in het nieuwe huis niet. Hartstikke dood. Onze relatie niet, gelukkig. Af en toe rommelde het natuurlijk weleens, zoals in alle relaties, maar dood? Nee. Moraal: bijgelovigheid leidt tot niets, maar die sloeg toch toe toen ik een paar weken geleden met die fluisterende citroengeranium in gesprek raakte. Nu staat hij bij ons thuis en ik hoop dat hij, net als de vorige, een hele tijd blijft waken over Man en mij. Ik hoop dat het goed met ons zal gaan zolang die plant groeit. En, prettige bijkomstigheid, muggen haten hem. 

 

 

Door: Wieke Biesheuvel

Wieke Biesheuvel werkte en woonde zes jaar in Zambia, is nu voorgoed terug en probeert het Nederlandse leven weer onder de knie te krijgen. Waarbij ze beurtelings verbaasd, boos, dolgelukkig, verward of blij is.

Afbeelding van Wieke Biesheuvel