Dit was het mooiste cadeau wat Rolinda ooit kreeg
‘Als ik toen niet zo jong was geweest, weet ik niet of ik de puf had opgebracht om er aan te beginnen. Maar ik was vijfentwintig en vastbesloten om ervoor te gaan.’
Als ik toen niet zo jong was geweest, weet ik niet of ik de puf had opgebracht om eraan te beginnen. Maar ik was vijfentwintig toen ik hem tegenkwam. Tot over mijn oren verliefd en vastbesloten om ervoor te gaan. Ik kan trouwens niet ontkennen dat hij me niet gewaarschuwd had. ‘Weet waar je aan begint,’ zei hij. ‘Mijn twee kinderen zijn niet altijd de makkelijkste en zullen er alles aan doen om je de deur uit te pesten, want ze missen hun moeder te erg om mij ook nog te moeten delen.’ Zijn vrouw was een paar jaar daarvoor overleden aan leukemie. Hun kinderen, op dat moment 9 en 11 jaar oud, hadden hun moeder de laatste jaren alleen maar doodziek meegemaakt en hadden haar overlijden nog lang geen plek kunnen geven. Dat ze zich als aapjes aan hun vader vastklampten, begreep ik daarom maar al te goed.
Hij en ik kenden elkaar al meer dan een half jaar voordat hij me aan zijn kinderen voorstelde, en precies zoals hij had voorspeld moesten ze niets van me hebben. De hand die ik uitstak ter kennismaking, werd door zijn zoon genegeerd. Zijn dochter gaf me een slap handje en draaide zich, zonder me überhaupt aangekeken te hebben, van me af om weg te lopen. Hun ijzige houding en stilzwijgen zou zeker nog een jaar duren, en dat liet me zeker niet onberoerd. Want zolang de kinderen mij niet accepteerden, was er voor mij en hun vader geen toekomst – ook daarover was hij van meet af aan heel duidelijk geweest. We zagen elkaar meestal bij mij thuis waar hij nooit bleef slapen, en als ik naar hem toe ging, was dat niet inclusief overnachting.
De bom moest eerst barsten voordat de lucht een beetje klaarde. Dat gebeurde toen ik een keer gekookt had en zijn dochter niet aan tafel wilde komen. Furieus gilde ze dat ik misschien wel dacht dat ik de plek van haar moeder kon innemen door een beetje te gaan lopen koken, maar dat ik dat wel kon shaken omdat ik in de verste verte niet eens zo’n beetje – ze hield haar duim en wijsvinger bijna op elkaar geklemd om aan te geven hoe weinig ze bedoelde – aan haar moeder kon tippen. Ik gilde terug dat ik er geen ene moer aan kon doen dat haar moeder dood was en dat ik haar een strontvervelend en stikondankbaar rotkind vond. Daarna pakte ik mijn jas en ging naar huis in de overtuiging dat dit het einde van mij en haar vader was en dat hier geen eer aan te behalen viel. Maar nog diezelfde avond belde ze.
‘Sorry Rolinda,’ zei ze. ‘Ik weet ook wel dat je er niets aan kunt doen dat mijn moeder dood is, maar ik mis haar gewoon nog altijd heel erg.’
Vanaf dat moment ging het stukje bij beetje steeds beter. Vier jaar nadat ik als een blok voor hun vader was gevallen, besloten we om het erop te wagen en trok ik bij hen in. Ik was toen bijna dertig en zijn kinderen 16 en 18.
Hoewel het soms nog wel kon knallen tussen ons, ging het over het algemeen best goed en werd zeker zijn dochter steeds vertrouwelijker met me. Als er dingetjes met vriendjes waren, kwam ze tot mijn grote vreugde bij mij. Shoppen deed ze liever met mij dan met haar vader en toen ze het huis uitging, vroeg ze mij om met haar naar Ikea te gaan om meubeltjes te kopen.
Maar het allermooiste cadeau gaf ze me toen ze een jaar geleden ten huwelijk werd gevraagd. ‘Wil jij de trouwjurk met me uit gaan zoeken, Rolinda?,’ vroeg ze. ‘Aan mamma kan ik het niet meer vragen, maar inmiddels ben je wel als een moeder voor me geworden.’
De naam Rolinda is gefingeerd. De echte naam is bekend bij de redactie. Moet jou ook iets van het hart en wil je dat (anoniem) met ons delen? Stuur dan een mail naar info@franska.nl onder vermelding van ‘Dit moet ik even kwijt’.