Franska.nl

Dit is waarom er meer voorgelezen moet worden

Twintig minuten per dag maakt alleen al dat een kind met 2 miljoen woorden per jaar in aanraking komt.

 

Net zomin als ik ooit een spelletjesmoeder was, zal ik nu een spelletjesomi worden. Spelletjes en Brigitte is nu eenmaal nooit een match geweest. Maar voor een portje voorlezen moet je weer wél bij mij zijn. Het hele repertoire van Annie M.G. heb ik vroeger letterlijk stukgelezen en sommige passages uit Puk van de Petteflet en Jip en Janneke kan ik tot op de dag van vandaag moeiteloos opdreunen – wat inmiddels weer zeer goed van pas komt dus. En raad eens? Voorleesomi’s hebben de toekomst!

 

Het aantal laaggeletterden in ons land rijst namelijk de pan uit. Maar liefst een kwart – ja echt, één op de vier – kinderen loopt het risico om straks niet goed mee te kunnen in de maatschappij omdat hun leesvaardigheid zwaar tekortschiet. Daarmee doen Nederlandse kinderen het aanmerkelijk slechter dan kinderen uit andere landen. Misschien omdat het onderwijs daar beter is? Of de juffen en meesters strenger?

 

Voorlezen schijnt, nee blijkt zelfs, een enorme opsteker voor het ontwikkelen van de woordenschat en het leesbegrip van kinderen en daarmee kan al een begin worden gemaakt voordat de peutertijd goed en wel is aangebroken. Over zes maanden, als mijn kleindochter acht maanden is, mag ik los volgens de deskundigen. Elke keer als ik dat doe schijnen haar hersenen actiever te worden en worden er connecties in haar hersenen aangemaakt die ook worden aangesproken bij sociale interactie. Tijdens het voorlezen neem ik haar straks mee op een ontdekkingsreis waarin ze andere mensen, oorden en situaties leert kennen. Goed voor haar inlevingsvermogen en om sociale vaardigheden op te doen.

 

En dan is er ook nog de kwestie van de woordenschat. Want die gaat er flink op vooruit als je meer voorleest. In het dagelijks leven gebruiken we namelijk niet zo heel veel woorden: er zijn in totaal zo’n 3000 ‘hoogfrequente’ woorden die we regelmatig horen. Kinderboeken bevatten drie keer zoveel laagfrequente woorden als televisieprogramma’s of gewone gesprekken tussen ouder en kind (woorden waar een kind dus niet vaak mee in aanraking komt). De taalontwikkeling gaat enorm vooruit door voor te lezen: twintig minuten per dag is goed voor zo’n twee miljoen woorden per jaar waarmee een kind in aanraking komt. Omgerekend levert elke minuut per dag voorlezen dus zo’n 100.000 woorden per jaar op.

 

Maar los van dat alles en boven dit alles is voorlezen vooral té leuk en kan ik niet wachten totdat ze straks tegen me aan komt kruipen op de bank. Duimpje in haar mond, blik op de prenten in het grote voorleesboek en telkens vragen om nog één verhaaltje als het eigenlijk al bedtijd is.

 

Bron: AD