De prik van Flo

 

We zitten samen in bad. Voor Flo is dit vaste prik. Na het avondeten in bad, onesie aan, filmpje kijken en slapen.

 

Vandaag ga ik gezellig mee badderen. We hebben onze woeste woensdagmiddag met lange wandelingen met Monti en de paardrijsessies achter de rug, dus ik kan wat warmte wel waarderen.

 

Met een bakje waar ooit een ijsje in heeft gezeten schep ik water over haar haartjes. Flo mag de shampoo zelf doen. Ik kijk naar haar lijfje. Haar benen waarin ik die van mezelf herken, haar olijfkleurige huid die de zon van zes maanden geleden lijkt vast te houden, haar zachte buikje en daarboven de contouren van wat binnenkort twee pronte borstjes zullen worden.

 

Haartjes zie ik nog niet, daar ben ik blij om en dat vind ik dan weer stom van mezelf. Net zoals ik blij ben dat ze nog niet menstrueert. Het contrast tussen lichaam en geest is te groot. Waarom in haar lichaam alles wel volgens schema verloopt en in haar hoofd niet, daar kan ik nog steeds mijn kiezen op kapot knarsen.

 

Deze week lag er een brief in het postvak. Aan de ouders van… stond erop, met een afbeelding van een injectienaald. De HPV-vaccinatie. Voor meisjes tussen de 12 en 13 jaar, waarmee de kans op baarmoederhalskanker kleiner wordt. Ik leg de brief onderop de stapel. Uit het zicht, zo. De datum heb ik onthouden. Ik ga heus wel.

 

Flo is een stoere en was van al mijn meisjes degene die injecties het makkelijkst incasseerde. Daar ligt het niet aan. En we maken er een uitje van. Tegen mijn collega’s zeg ik dat ik donderdagmiddag afwezig ben. Eerst die verdraaide HPV-vaccinatie en daarna trakteer ik haar op het tropisch zwemparadijs van het Center Parcs-complex in Zandvoort. Niet mijn droombestemming, maar als Flo van de wildwaterglijbaan mag, liefst in haar eentje, dan glanzen haar ogen meer dan de grootste bonk-knikker van haar zusjes.

 

Een paar dagen van tevoren begin ik met het inmasseer-traject. ‘Flootje, donderdag kom ik je lekker vroeg halen, dan krijg je éven een prikje en dan…’ ‘Dan gaan we naar het zwemparadijs’, vult mijn meisje aan. We hebben het inmiddels 336 keer gezegd dus ze weet het onderhand. Als ik de juf vertel waarom ik haar eerder kom halen en in haar helblauwe, trouwe ogen kijk begin ik te praten. Dat het vast goed is allemaal en dat Flo eigenlijk helemaal niet zo ingewikkeld doet over injecties, maar dat ik… nou ja… gewoon… ik weet niet… dat het zo raar voelt om haar in te enten tegen baarmoederhalskanker met andere tienermeisjes om zich heen terwijl ze in haar hoofd nog een kleutertje is.

 

De juf knikt. Ze begrijpt het. Sterker, andere moeders van dochters met vergelijkbare problematiek hebben afgezien van de injectie. Omdat onze meisjes waarschijnlijk niet seksueel actief gaan worden en de kans op baarmoederhalskanker vooral ontstaat als gevolg van een seksueel overdraagbare aandoening.

 

Ik app een bevriende en gelijkgestemde moeder. Zij heeft een arts geconsulteerd en het gesprek zelfs opgenomen. Ze appt me de complete conversatie zodat ik mijn mening kan vormen op basis van wat de arts vertelt.

 

Ik beluister het gesprek, en nog eens, bel mijn geliefde en vraag zijn mening. We zijn er snel over uit. Weg met die prik. Wel voor onze andere meisjes, maar niet voor Flo. Naar het zwemparadijs en de wildwaterbaan gaan we natuurlijk wel. Beloofd is beloofd.

 

 

Door: May-Britt Mobach

Afbeelding van May-Britt Mobach