De oliebollentest

 

Een 1 als cijfer krijgen voor je oliebol: niemand weet nog wat waar is

 

 

Het zal je maar gebeuren: je bakt je leven lang oliebollen met een eeuwenoud familierecept, en dan krijg je plotseling een 1 als cijfer van een jury.

 

Het Algemeen Dagblad staat bekend om de grootschalige testen die ze jaarlijks uitvoeren. Maar wie gelooft ze nog, na het ‘haring-schandaal’? Toen werd bekend dat één van de juryleden een persoonlijke band had met één van de visleveranciers. Tja, niet geheel verrassend dus, dat die vissen vaak hoog werden gewaardeerd. Sterker nog: viswinkels die over waren gestapt naar die specifieke leverancier kregen het ene jaar nog een lage beoordeling, en het volgende jaar een 8 of 9.

 

Nu is het de tijd voor bollen deeg.Oliebollenbakker Jordy en zijn zus Bianca zijn nu woest. Want een paar jaar geleden kreeg hun vader nog een hoge beoordeling met hetzelfde recept; dit jaar staan zij onderaan de lijst. Het lijkt erop dat er behoorlijke fouten worden gemaakt. Want wie checkt alle oliebollen in het hele land, waar zijn de échte onderzoekers? Dat blijft altijd vaag. Maar een 1 of zelfs een 0 krijgen van het AD, kan veel gevolgen hebben voor de carrière van de bakkers. Want denk maar niet dat de bestellingen via het internet nog binnenstromen, als dit over je te lezen is. 

 

En het nare is: op internet blijft alles bestaan. Denk maar niet dat die online krant morgen in de kattenbak ligt, nee. “Collega’s lachen je uit, vrienden spreken je er op aan.

 

 

Het blijft je achtervolgen”. Bakkers en vishandelaren zijn woest: een slecht cijfer krijgen is prima, zolang het maar terecht is. En dat is het vaak niet. Het is gewoon een kwestie van vriendjespolitiek, vindt ook Eva Jinek. Zij laat de gedupeerde bakkers aan het woord in haar talkshow. Wat blijkt? Wat oliebollentest betreft publiceert het AD zelfs andere cijfers dan het testpanel eigenlijk geeft. 

 

Hoofdredacteur van het AD, Hans Nijenhuis, was te gast bij Jinek, gisteren. Om zijn verhaal toe te lichten. En wat doet hij? Hij gaat kinderachtig in de verdediging. Zo zegt hij tegen een oliebollenbakker, die zegt zich aan zijn recept te willen houden omdat het het recept van zijn vader is: “Als je bakt zoals je praat, dan verbaast het mij niet dat je op de laatste plek bent geëindigd.” Dat komt hard aan. 

Ooit werden deze bollen nog tweede in de test. Nu staat er online over geschreven: “Zou een schoenzool zo smaken?”. 

 

Wij snappen dat de bakker zich bedonderd voelt. Want wat is waar, en wat is nou vriendjespolitiek? En mag het allemaal gewoon een tandje liever. En wat aardige, gezelliger. Het is tenslotte december – waar is al die haat en nijd voor nodig? We hebben het over haring, lieve mensen. En oliebollen. Dat zijn de leuke dingen in het leven, laten we dat niet vergeten. 

 

Zeker weten dat je goed zit? Kom dan vanmiddag nog even langs op Franska.nl voor de grote bubbeltjestest. Als je niet goed zit qua bol, dan het glas maar lekker vullen met iets plezants natuurlijk. 

 

Door redactie Franska.nl

Beeld: Foodies magazine