De meeste spijt wordt betuigd op het sterfbed
En daarom wil ik echt nooit meer roken, ondanks dat mijn nagels in het bureaublad staan.
Aanstaande maandag is het Blue Monday. De meest deprimerende dag van het jaar. Weer een dag met een titel. Want daar hebben we er wat van tegenwoordig. Ik kan me er trouwens wel iets bij voorstellen, hoor. De feestdagen voorbij. Het geld is op. De dagen zijn nog steeds kort en somber. En de goede voornemens bij velen mislukt. Of vooruitgeschoven. Tot dan! Want, na de wintersport of na de carnaval minder ik écht met alcohol. En vanaf het voorjaar – ik zweer het je – ga ik elke avond wandelen. Maar van uitstel komt afstel. Ik weet er alles van.
Zoveelste poging
Stoppen met roken. Ik ben al 314+ keer gestopt. Omdat ik altijd dacht dat ik het wilde. Maar blijkbaar wilde ik het helemaal niet. Ergens, in mijn achterhoofd, kon ik me ook gewoon een leven zonder sigaret niet voorstellen. Althans, een leuk leven dan. Dat bestond niet in mijn optiek. Toch was het vorig jaar oktober dat ik overtuigender was dan ooit. Er was geen speciale aanleiding; een plotselinge COPD-patiënt in mijn omgeving of een ander ernstig geval van gevolg-van-roken.
Spijt op het sterfbed
Maar er bleef me een citaat en beeld bij die ik voorbij zag komen in een gezondheidsmagazine in de wachtkamer van de huisarts. Het luidde als volgt: “De meeste spijt wordt betuigd op het sterfbed.” Daarnaast de afbeelding van een echtpaar in een verzorgingstehuis. De vrouw hield de hand vast van haar man die aan Korsakov leed. Hij besefte nauwelijks nog dat zij zijn echtgenote was.
Gescheiden
Zij vertelde over het jarenlange drankgebruik van haar man. En dat ze – ondanks alle verwoede pogingen, smeekbedes, roepen om hulp – hem niet wist te stoppen. Omdat er volgens hem altijd wel een reden was om te drinken. Toch hield ze zielsveel van hem. Het maakte dat zijn verslaving nooit had geleid tot een echtscheiding. Maar wel op iets wat er verdomd veel op leek. De uithuisplaatsing, omdat het zo niet langer kon.
Altijd wel een reden
Na het lezen van dit verdrietige artikel ging ik bij mezelf te rade. Want volgens mij is er (was inmiddels) ook altijd wel een reden om te roken; bij een glas wijn hoort een sigaret, anders laat die wijn ook maar zitten. Strakke deadlines. Ha! Niet na te komen zonder sigaret. Een blije boodschap; daar moet op gerookt worden. Of een verdrietige gebeurtenis; hoe verwerk je zoiets zonder peuk?
Het kwartje viel
Maar hoe verwerk je echt desastreuze misère als gevolg van jarenlang roken? Dat kwartje viel. En helemaal na dat citaat: “De meeste spijt wordt betuigd op het sterfbed.” Ik kwam voor een zere knie bij de huisarts, maar maakte meteen een afspraak bij de praktijkondersteuner. Zij, in combinatie met mijn (nu!) echte wil om te stoppen met roken, maken dat ik vanaf medio oktober geen sigaret heb aangeraakt. En dat ook nooit meer wil doen! Of het lastig is? Ik heb mijn nagels in het bureaublad staan. Dat zegt genoeg.