Berend ziet geen uitweg meer uit deze relatie
‘Inmiddels ben ik zo ver dat ik hardop durf te zeggen dat deze vrouw het slechtste is wat ik me ooit heb laten overkomen.’
‘Inmiddels ben ik zover dat ik hardop durf te zeggen dat deze vrouw het slechtste is wat ik me ooit heb laten overkomen. Ik was er zelf echt bij toen ze vroeg of ik bij haar in wilde trekken en ik was er ook zelf bij toen ik ‘ja’ zei en mijn huis – dat onder water stond, zoals dat heet – in de verkoop deed, waardoor ik met een schuld bleef zitten. Maar ik was verliefd, betoverd door haar schoonheid en geraakt door haar zorgzaamheid. Het eerste jaar ging dat ook nog allemaal goed. Totdat het misging had ik daarom ook echt de overtuiging dat ik een geluksvogel was.
Ergens halverwege dat eerste jaar kreeg ik wat problemen met plassen. Niet altijd en niet heel erg, maar de klachten waren er wel en namen ook toe. Ik bleek prostaatkanker te hebben, moest geopereerd worden, lag een tijd in de lappenmand en was niet meer de gezellige beer in huis die ze gewend was. Daarbij kwam – en dat bleek het grote struikelblok – dat het me niet meer lukte om met haar te vrijen zoals we dat gewend waren. En dat nam ze me zeer kwalijk. Niet met woorden, want die bleven uit. De afwijzing zat in haar houding, in haar zwijgen en in haar voorstel om voortaan maar ieder onze eigen slaapkamer te nemen, omdat ze opeens last zei te hebben van mijn gesnurk – iets waar ik haar nog nooit over gehoord had.
Het werd vanaf toen nooit meer zoals het was tussen ons. In plaats van me gekoesterd en gewaardeerd te voelen, voelde ik me afgewezen, gekleineerd en eenzaam. En het allerergste was nog dat er niet over te praten viel. Elke poging die ik daartoe ondernam ontaardde in een ruzie en elke ruzie werd consequent door haar opgevolgd door me dood te zwijgen. Niet een uur of een dag, maar dagen! Ze wist hoezeer ze me daarmee raakte en ik verdenk haar ervan dat ze het juist daarom deed.
Ik besloot dat ik zo niet naar mijn graf wilde. Mijn broer, die goed in de slappe was zit, wilde me helpen met het vinden van woonruimte. Op een zondag na het ontbijt liet ik haar weten dat ik bij haar weg zou gaan. Haar reactie was nogal atypisch voor haar gedrag, want ze was ontsteld, zat in zak en as, huilde tranen met tuiten en blééf maar zeggen hoeveel ze van me hield. Ik kan niet ontkennen dat ik daar gevoelig voor was en dat ik hoopte dat dit zou voortduren en dat we toch weer de weg omhoog zouden kunnen vinden.
Drie dagen na die bewuste zondag kwam ik met mijn fiets ten val en brak ik een heup. Ik werd met spoed geopereerd, kreeg een heupprothese en de belofte dat ik snel weer de oude zou zijn. Al was dat laatste niet het geval. Na een heleboel complicaties en een vervolgoperatie heb ik inmiddels te horen gekregen dat ik nooit meer zal kunnen lopen zoals ik dat gewend was. Ik heb constant pijn en voel me net zo gehandicapt als ik eruitzie. Als ik alleen zou moeten wonen, zou dat niet zo makkelijk gaan en zou ik hulp moeten inhuren. Alleen kan ik dat niet betalen, omdat ik mijn werk als zzp’er niet meer kan doen en ik daardoor alleen maar AOW heb.
Alles bij elkaar opgeteld deed dat me besluiten om het nog even aan te zien met haar – of weg te kijken van de problemen, zo je wilt. Al was het maar omdat dit me in elk opzicht veel beter uitkomt. Op zeldzame dagen of momenten denk ik nog wel eens dat het nog wat kan worden tussen ons. Maar het overgrote deel van de tijd volhardt ze in doodzwijgen en verraadt alleen haar lichaamstaal de diepe afkeer die ze voor me voelt.’
De naam Berend is gefingeerd. De echte naam is bekend bij de redactie.
Moet jou ook iets van het hart en wil je dat (anoniem) met ons delen? Stuur dan een mail naar info@franska.nl onder vermelding van ‘Dit moet ik even kwijt’.